Ik woonde in een donker gat onder de grond, tussen de stervende schapen, en de kou kroop uit de IJslandse aarde in mijn botten. Wekenlang was ik thuis in Onafhankelijke mensen van Nobelprijswinnaar Halldór Laxness (1902-1998). Ik was gelukkig wanneer ik het boek weg kon leggen omdat ik droge wollen sokken aan kon trekken, de verwarming een graadje hoger kon zetten en het niet lekte in huis. En toch miste ik dan het gezelschap van Bjart, de hoofdpersoon, die tegen alle rampspoed in een onafhankelijk man wil blijven. Onafhankelijk van de staat, vrienden en familie. Dat het hem zijn kinderen kost, neemt hij op de koop toe. Onafhankelijke mensen is een magistraal verhaal over een onmogelijke man, dat me dit jaar het meest heeft beziggehouden. Hoe Bjart gedurende de ruim zevenhonderd pagina’s stijfkoppigheid mijn sympathie heeft gewonnen, is me een raadsel.
Het beste boek van 2006 vond ik Black Swan Green van David Mitchell: een gedetailleerd verslag van een onmogelijke leeftijd. Mitchell schetst het portret van een jongen die bang is te spreken in het openbaar, en stiekem gedichten schrijft. Jason kan niets ergers verzinnen dan het teleurstellen van zijn moeder, maar hij schaamt zich dood wanneer hij met haar wordt gezien in de bioscoop. Hij wil niets liever dan populair zijn, en de mooie (‘lush’), stuurse Dawn Madden als vriendin hebben maar hij durft niets tegen haar te zeggen. Wie dit boek leest, is weer dertien. Het is een boek om wel en niet uit te lezen, afhankelijk van of je dertien zou willen blijven.
Halldór Laxness
Onafhankelijke mensen
(vertaald door Marcel Otten) De Geus, 733 blz., € 7,99
David Mitchell, Black Swan Green
Hodder & Stoughton, 371 blz., € 18,95 (in vertaling gepubliceerd bij Querido als Dertien)