De eerste samenkomst in het Bundeskanzleramt van het nieuwe Duitse kabinet onder leiding van Olaf Scholz. Berlijn, 8 december © Ina Fassbender / AFP / ANP

Hij zegt het snel, terloops bijna, maar iedereen in de zaal weet dat er lang over is nagedacht: ‘Dit wordt een ochtend waarop we naar voren gaan’, zegt de nieuwe bondskanselier Olaf Scholz (spd), kort voor hij zijn handtekening onder het regeerakkoord zet.

De plek is al even zorgvuldig gekozen: Scholz staat in het Futurium, een Berlijns publiekscentrum over de ‘wereld van de toekomst’. Hier hebben de drie nieuwe regeringspartijen zich voor de camera’s verzameld: sociaal-democraten, liberalen, Groenen, naar hun respectievelijke partijkleuren de ‘stoplicht-coalitie’ genoemd.

Samen staan ze voor ‘vooruitgang’ en ‘Aufbruch’, zoals Scholz het vandaag nog maar eens zegt. Aufbruch: hij heeft het begrip de laatste weken vaak herhaald. Het woord suggereert veel meer dan de letterlijke betekenis van ‘voorwaarts gaan’, het suggereert een sprong naar voren, en een opgeluchte breuk met het verleden.

Vanaf 8 december is de sociaal-democraat Scholz de opvolger van de christen-democraat Angela Merkel, die zich na zestien jaar niet meer verkiesbaar stelt. Een tijdperk komt ten einde, zo luiden de internationale commentaren eensgezind. Maar volgens Scholz begint vanaf nu niets minder dan een nieuw tijdperk.

Feitelijk gezien heeft hij gelijk: deze wisseling van de macht in Duitsland is zonder twijfel een historisch moment. In de 72-jarige geschiedenis van de Bondsrepubliek regeerde de cdu 52 jaar, de spd maar twintig jaar. Slechts twee keer eerder is het in die tijd voorgekomen dat de spd het kanselierschap van de cdu wist te winnen.

In 1969 was het Willy Brandt die de eerste spd-bondskanselier van het naoorlogse Duitsland werd. Brandt, inmiddels tot iconische grootte uitgegroeid, had toen al tweemaal geprobeerd om de cdu te verslaan, maar het lukte hem pas de derde keer. Hij vormde samen met de kleine liberale partij fdp de eerste sociaal-liberale regering. In 1974 nam Helmut Schmidt het van hem over – tot de spd in 1982 weer van cdu’er Helmut Kohl verloor.

De tweede keer was het Gerhard Schröder, die in 1998 ‘de eeuwige kanselier’ Kohl versloeg. Schröder vormde samen met de kleine en relatief nieuwe partij De Groenen de eerste en tot nu toe enige links-groene regering. Ze hielden het zeven jaar vol, tot Merkel in 2005 snel weer de status quo van de cdu-heerschappij herstelde.

Scholz is in 2021 de derde spd-kanselier die de cdu wist te verslaan. En net als in die beide andere spd-periodes presenteert hij het als Aufbruch, als de uitdrukking van een nieuw begin voor het land. ‘Meer vooruitgang wagen’ luidt de titel van het regeerakkoord; een directe verwijzing naar de leus van de legendarische Willy Brandt: ‘Meer democratie wagen’.

Over het succes van zijn leus heeft hij niet te klagen. Het eerste plan dat uit het akkoord naar buiten sijpelde, ging direct de hele wereld over: ‘Wij voeren de gecontroleerde verkoop van cannabis aan volwassenen in speciaal gelicenseerde winkels in’, stond er ineens te lezen. De voorgenomen legalisering van cannabis is allerminst het belangrijkste van het nieuwe akkoord, maar paste uitstekend bij de boodschap van een ‘nieuw begin’. De cdu had zich decennialang tegen een liberaal drugsbeleid geweerd.

Al even symbolisch zijn de passages over het nieuwe migratie- en asielbeleid. ‘Willkommenskultur in plaats van bureaucratie en afschrikking’, schreef de publieke omroep zdf bijna juichend boven haar eerste artikel erover: voor vluchtelingen zal het makkelijker worden om naar Duitsland te komen ‘zonder hun leven te riskeren’. Ook als afgewezen asielzoeker met werk wordt het nu makkelijker om in Duitsland te blijven, en de weg naar het staatsburgerschap wordt korter.

Maar na de eerste vreugdekreten over de nieuwe plannen in met name progressieve media verstomde de lof na de eerste week ook weer. Want: hoe nieuw wordt dit nieuwe begin voor Duitsland nu echt?

Als Scholz een paar dagen later in de Bondsdag beëdigd wordt, voelt ‘het nieuwe begin’ toch heel vertrouwd. Scholz (63) loopt, kijkt en klinkt verrassend hetzelfde als zijn voorganger Merkel (67) – net zo kalm, net zo oerdegelijk, net zo weinig uitgesproken, al laat hij de ‘zo waarlijk helpe mij God’-formule in zijn eed bewust weg.

Alle analyses over de minieme verkiezingswinst van de spd kwamen op hetzelfde neer: Scholz wist de verkiezingen te winnen juíst omdat als hij als Merkels langjarige collega géén verandering maar continuïteit uitstraalt. Hij wist de betere opvolger van Merkel te spelen dan de kandidaat van de cdu dat kon. Dus: zal hij ook echt ‘meer zijn dan een nog minder spraakzame Merkel?’, vraagt Der Spiegel zich af.

En toch: ‘Ja, het klopt: een nieuwe fase voor Duitsland is aangebroken’, vindt Alexander Görlach, publicist en wetenschapper. Dat heeft alleen niets met Scholz of de spd te maken, maar met de twee kleinere partners, vertelt hij: met De Groenen (14,8 procent) en de liberale fdp (11,5 procent). Die vormen volgens hem niets minder dan ‘het nieuwe midden’ van Duitsland.

De Groenen en liberalen trekken ‘de kiezers van de toekomst'

Görlach, zelf lid van de fdp, lanceerde zijn stelling over het ‘nieuwe midden’ al in 2019 in The New York Times, maar met de nieuwe regering ziet hij haar bevestigd. De Groenen en liberalen trekken ‘de kiezers van de toekomst’: beide partijen kregen de meeste kiezers onder de dertig, en de meeste eerste kiezers stemden op deze partijen. De spd en de cdu werden daarentegen bijna uitsluitend door zestigplussers gekozen, een enorme bevolkingsgroep in Duitsland, en kwamen alleen al daarom net rond de 25 procent.

Voor Duitse begrippen is de stelling verrassend. Groenen en liberalen golden decennialang als ideologische aartsvijanden; Duitsland kent geen sociaal-liberaal d66, en een brede liberale partij als de vvd ontbreekt.

De fdp stond bij progressieven vooral bekend als de partij van reactionaire heren, en werd in 2013 zelfs niet eens meer in de Bondsdag gekozen. De partij leek alleen warm te worden voor ‘belastingverlaging’, en wees liever op het belang van de auto-industrie dan op dat van het klimaat. De Groenen konden volgens de liberalen dan weer niet van hun verleden als protestpartij loskomen – en konden daardoor hun successen in de peilingen bij verkiezingen toch niet verzilveren.

Dat er onder die oppervlakte inmiddels een andere realiteit was gegroeid toonde zich direct na de verkiezingen, zegt Görlach: als eerste trokken liberalen en Groenen zich met elkaar terug om hun overeenkomsten vast te leggen – en stapten daarna pas naar de grotere cdu en spd om de keuze te maken voor de beste partner.

EINDREDACTIE Bondskanselier Olaf Scholz (Links met zwart mondkapje), spreekt met leden van zijn nieuwe kabinet voorafgaand aan de eerste kabinetsbijeenkomst. Annalena Baerbock komt aanlopen (Rechts in blauwe jurk). Berlijn, 8 december © Fabrizio Bensch / AFP / ANP

Deze zichtbare machtsverschuiving is geen toeval, maar de uitdrukking van een bredere maatschappelijke verandering, zegt de bekende socioloog Andreas Reckwitz. In het Duitse Filosofie Magazine beschrijft hij de winst van liberalen en Groenen als de bevestiging van een ‘nieuwe middenklasse’: hoogopgeleid, stedelijk verankerd en kosmopolitisch georiënteerd.

De Groenen, die onder de gematigde partijleiders Robert Habeck en Annalena Baerbock voor het eerst de radicale tak van de partij links laten liggen, vallen bij de linkervleugel van deze middenklasse in de smaak. De liberalen kunnen terecht bij de rechtervleugel, waarbij de 42-jarige partijleider Christian Lindner de partij in korte tijd voor een jonger publiek aantrekkelijk heeft gemaakt.

Hoewel de partijen vroeger inderdaad ver van elkaar af stonden, ziet Reckwitz nu slechts ‘kleine verschillen’, die niets afdoen aan een principiële overeenkomst bij ‘maatschappelijke vraagstukken’. Beide partijen leggen een sterke nadruk op onderwijs en digitalisering, beide dragen een ‘positieve houding tegenover de globalisering, Europa en het Westen’ uit, en onderstrepen het belang van individuele grondrechten.

‘Groenen en liberalen verschillen van mening over de aanpak van de klimaatverandering, maar geen van beide partijen ontkent dat de feiten van de klimaatverandering kloppen’, zegt Görlach. Dit is het ‘nieuwe midden’ dat zich bij de verkiezingen heeft geopenbaard, terwijl de politieke randpartijen, de extremen van rechts en links, geen rol hebben gespeeld.

Volgens Görlach zullen deze beide juniorpartners de Duitse discussies de komende jaren gaan bepalen. Niet de tegenstelling tussen christen-democratische en sociaal-democratische wereldbeelden, maar de ideologische nuances tussen liberalen en Groenen worden het nieuwe spanningsveld. Concreet: de vraag of de klimaatcrisis met ‘meer staatsingrijpen’ of juist met ‘meer innovatie’ moet worden bestreden.

Het regeerakkoord is méér dan slechts het resultaat van een pragmatische coalitie, denkt ook politicoloog Hanna Schwander, hoogleraar aan de Humboldt Universiteit in Berlijn. De toenadering tussen de voormalige aartsvijanden was wellicht in het begin uit nood geboren, maar tijdens de onderhandelingen zijn de partijen meer naar elkaar toe gegroeid.

De nieuwe Duitse regering past bij een diepere ‘wens naar verandering’ in Duitsland, zegt Schwander. Volgens haar vertaalt dit verlangen zich onder meer in de veelbesproken punten over een liberaler drugs-, migratie- en abortusbeleid. Zo wordt het voor Duitse artsen niet meer strafbaar om in het openbaar ‘te informeren’ over abortus. Dat lijkt een minieme wetswijziging, maar is volgens de Süddeutsche Zeitung niets minder dan ‘een maatschappelijke liberalisering’ binnen een debat dat al decennia duurt. In 2019 werd een Berlijnse gynaecologe nog veroordeeld tot een geldboete omdat ze op haar website had aangegeven deze behandeling uit te voeren.

‘De Duitse samenleving is veel verder dan de politiek’, zegt Schwander. De voorgenomen liberaliseringen zijn allemaal thema’s waarbij de cdu de afgelopen jaren de toon aangaf. Merkel was weliswaar geen klassieke conservatief, maar ze ‘was een Realpoliticus, probleemoplossend, zonder grotere visie’. Onder haar werden kleine stapjes gezet, zoals het homohuwelijk in 2017, waar ze zelf persoonlijk niet achter stond. Voor een conservatieve regering was dat het meest mogelijke, zegt Schwander, maar pas met de nieuwe coalitie kunnen volgende stappen worden gezet.

Christian Lindner, de nieuwe fdp-minister van Financiën, weet goed hoe hij de politieke emoties van zijn kiezers kan bespelen – zowel van de oudere als van de jongere. Bij de eerste presentatie van het regeerakkoord wil hij snel iets rechtzetten. Jazeker, ‘Aufbruch en vooruitgang’, onderstreept hij de slogans van Scholz gehoorzaam, maar hij laat er geen twijfel over bestaan dat zijn partij heus niet te ver naar links is doorgeschoten: hij bestempelt de nieuwe regering nadrukkelijk als een keurige ‘coalitie van het midden’.

‘In Duitsland wacht men met veranderingen tot het niet meer anders kan’

Volgens progressieve critici is de invloed in het regeerakkoord van de ‘rechtse’ fdp zelfs groter dan die van De Groenen. En inderdaad: vooral De Groenen liggen onder vuur binnen de eigen gelederen. Activisten van ‘Fridays for future’ vinden dat de coalitieplannen tegen de klimaatcrisis niet ver genoeg gaan. Bij de geplande ‘afschaffing van de kolenindustrie in 2030’, die De Groenen als een onverhandelbare grens hadden vastgesteld, is in het regeerakkoord het woordje ‘idealiter’ toegevoegd – volgens critici de invloed van de fdp. En De Groenen mogen weliswaar het nieuwe ministerie van Economie en Milieubescherming bezetten, maar de fdp heeft het ministerie van Verkeer ingenomen; nu komt er toch geen maximumsnelheid van 130 kilometer per uur op de Duitse snelweg.

Andreas Jacobs, leider van de afdeling Sociale cohesie van de Konrad Adenauer Stiftung, een onafhankelijke denktank met christen-democratische signatuur, vindt de retoriek over een progressieve ‘Aufbruch’ dan ook overdreven. Zeker, het past bij een regering die net begint, maar het is in werkelijkheid allemaal erg relatief. De punten die nu als ‘Aufbruch’ worden uitgelicht – zoals drugs-, migratie- en abortusbeleid – houden volgens hem de meerderheid van de Duitse bevolking niet het meest bezig. Veel belangrijker zijn thema’s als pensioen, corona en klimaat; en juist bij die thema’s ziet Jacobs geen breuk met Merkel, maar een voortzetting van haar beleid.

Jacobs noemt het nieuwe regeerakkoord liever ‘continuïteit met accentverschuiving’: ‘De verkiezingen hebben het maatschappelijke midden versterkt, maar dat midden is niet plotseling anders dan onder Merkel. De maatschappelijke milieus zijn de laatste jaren steeds dichter bij elkaar komen te liggen. Het einde van de volkspartijen betekent dat Duitsland nu vier partijen in het midden kent, spd, fdp, Groenen, maar ook de cdu.’

Welke partij in de komende jaren het sterkst haar ‘accenten’ zal weten door te drukken, is volgens specialisten afwachten. Johannes Giesecke, hoogleraar arbeidsmarkt, migratie en integratie aan de Humboldt Universiteit in Berlijn, wijst erop dat migranten in Duitsland aan de ene kant nu sneller een verblijfsvergunning kunnen krijgen – iets wat vooral een wens van De Groenen was – maar aan de andere kant staat er ook dat uitgeprocedeerde asielzoekers sneller terug worden gestuurd; eerder een plan van de fdp.

Maar, zegt Giesecke: de compromissen nemen niet weg dat ‘de richting’ in het algemeen voor hervorming staat. Volgens hem is het de eerste keer dat een Duitse regering zich zo nadrukkelijk ‘tot migratieland bekent’, een thema dat voor cdu-regeringen altijd problematisch bleef, waardoor het onderwerp migratie en asiel nooit systematisch werd aangepakt. Hij vindt het akkoord een ‘erkenning van de feiten’: Duitsland heeft dringend arbeidskrachten nodig, het moet dringend zijn migratiewetten hervormen, die veel te bureaucratisch en te ondoorzichtig zijn.

Ook in het buitenlandbeleid wordt geen grote omslag verwacht, maar ook hier kunnen kleine accenten een effect hebben, zegt Katrin Böttger, directeur van het Instituut voor Europese politiek in Berlijn. Voor het eerst wordt nu een vrouw minister van Buitenlandse Zaken, Annalena Baerbock, co-voorzitter van De Groenen. Haar komende aanpak is al wat spottend aangekondigd als ‘feministisch buitenlandbeleid’. Maar, denkt Böttger: ‘Als bij buitenlandse reizen meer bijeenkomsten met vrouwenorganisaties worden ingepland, is dat al wel een verandering.’

In Duitsland, zegt Görlach, maakt men niet graag grote sprongen. ‘Men wacht met veranderingen tot het niet meer anders kan’, en die tijd is nu aangebroken, denkt hij. Het is over het algemeen een ‘conservatief land’, zegt ook hoogleraar Schwander, zelf Zwitser. De nieuwe regering belooft volgens haar ‘Aufbruch, maar dan wel eentje naar Duitse maatstaven.


Wie vormen het nieuwe begin?

In de Duitse media wordt veel aandacht besteed aan het feit dat de Bondsdag ‘jonger en diverser’ is geworden. Het aantal parlementsleden met een migratieachtergrond is gestegen, twee transgendervrouwen hebben een zetel gekregen en voor De Groenen zit Awet Tesfaiesus als eerste zwarte vrouw in de Bondsdag.

Maar hoe jong en divers zijn de nieuwe Bondsdag en de regering echt? Hoewel Scholz als een voortzetting van Merkel wordt gezien, is er in zijn partij veel beweging geweest. Meer dan de helft van de circa tweehonderd SPD-parlementariërs betreedt met de nieuwe regering voor het eerst de Bondsdag. De Jusos, de jeugdorganisatie van de SPD, heeft 49 van de 736 zetels weten te bemachtigen. Bijna een kwart van de SPD-fractie is nu jonger dan 35 jaar.

De jonge socialisten lieten zich na 26 september als eerste op een van de trappen voor de Bondsdag fotograferen. Hun boodschap: om ons kunnen jullie niet meer heen. Onder leiding van Kevin Kühnert hebben de Jusos zich in de afgelopen jaren steeds sterker geprofileerd binnen de SPD. De 32-jarige Kühnert zocht geregeld inhoudelijke conflicten met de partijtop op. Kühnert maakte dit jaar voor het eerst zijn intrede in de Bondsdag en werd begin december door het partijbestuur tot nieuwe secretaris-generaal van de partij gekozen. Het is nu de vraag of de oud-Jusos-chef zijn kritische en opstandige imago zal behouden nu hij als jonge socialist de overstap naar de volwassen partijtop maakt.

De Groenen vormen de jongste en vrouwelijkste fractie met een gemiddelde leeftijd van 42 jaar en een vrouwenaandeel van bijna zestig procent. Hun jongste parlementslid is de 23-jarige Emilia Fester uit Hamburg, die zich wil inzetten voor klimaat en ‘intergenerationele rechtvaardigheid’. Haar politieke doel is dat ook de jongere generatie in de politiek gehoord wordt.

Deze jonge en nieuwe parlementsleden zijn actief op sociale media en delen op Instagram en TikTok wat er allemaal op hen af komt in hun nieuwe functie als parlementslid. Zij hebben een directe lijn met hun eigen leeftijdgenoten, waardoor ze politiek en democratie op een andere manier tastbaar maken voor jongere generaties.

Jonger en diverser lijkt op veel nieuws tegelijk in het parlement, maar meestal komen deze kwaliteiten hand in hand: het zijn veelal de jongere parlementariërs die bijvoorbeeld ook vrouwelijk zijn of een migratieachtergrond hebben. Bovendien zijn deze ontwikkelingen niet nieuw. De Bondsdag wordt met iedere verkiezing jonger en diverser, al zijn de stappen klein en gaan ze met golfbewegingen gepaard. De ontwikkelingen trekken nu de aandacht, omdat ze langzaam substantieel worden.

Ook de regering wil graag ‘vooruitgang’ uitstralen. Het kabinet zal voor de helft uit vrouwen bestaan, heeft Scholz vooraf aangekondigd. Dat is ook inderdaad zo, maar alleen als hij zichzelf als mannelijke kanselier niet meerekent. Voor het eerst worden de beeldbepalende ministersposten Binnen- en Buitenlandse Zaken nu door vrouwen bezet, respectievelijk door Nancy Faeser (SPD) en Annalena Baerbock (Groenen).

‘Divers’ is de regering volgens critici dan weer veel te weinig. Cem Özdemir is weliswaar de eerste minister (Landbouw) in een Duitse regering van Turkse afkomst, maar hij is ook de enige minister die een migratieachtergrond heeft.

Jitka Marks