© Johannes von Engelhardt

Hoe was jouw eerste liefde?
‘Mijn eerste heftige verliefdheid was op de middelbare school, op een gewone jongen met mooie bruine ogen. Alleen zie ik dat niet echt als mijn eerste liefde. Wanneer ik terugdenk aan mijn eerste verlangens en liefdesgevoelens gaat dat eigenlijk meer over paarden. Hoewel ik nooit een paard gehad heb, fantaseerde ik er wel altijd over. Ik had een abonnement op zo’n blaadje, de Penny, en dan keek ik naar die prachtige paarden en dan had ik het niet meer.

Het verzorgen van een paard lag voor mijn ouders niet voor de hand. Toen ik na jaren toch op paardrijles kon, wilde ik niet meer. Misschien had het te lang geduurd. Of misschien zag ik zo’n daadwerkelijk paard, waarvan je de poep moet opruimen, toch niet zo zitten. Zo gaat het met intens verlangen: om dat te kunnen blijven ervaren moet het object ervan op enige afstand blijven.’

Begeerte en waanzin zijn thema’s die sterk terugkomen in Tekenen van het universum en Orewoet. In hoeverre zijn deze aspecten voorwaarden voor een romantische liefde?
‘Het ligt eraan hoe je ‘romantische liefde’ definieert, je zou ook juist minder bezeten vormen van liefde ‘romantisch’ kunnen noemen, zoals het Platoonse Agape, dat onvoorwaardelijk en universeel is. Ik vind het het helderst om de term ‘romantische liefde’ te reserveren voor Eros, verliefdheid, en die wordt wel degelijk grotendeels bepaald door begeerte, die is neurobiologisch verwant aan de psychose en de obsessief compulsieve stoornis.’

Zeker gezien je achtergrond in de taal en literatuur, hoeveel verschil maakt het of liefde wordt geleefd in het Nederlands of in het Engels?
‘In het Engels is het makkelijker om een afstand te creëren en tegelijkertijd om je te uiten, beide omdat het jouw taal niet is. Doordat we zijn opgegroeid met Amerikaanse media, waarin emoties niet groot genoeg kunnen zijn, gebruiken we, denk ik, in het Engels ook eerder Grote Woorden dan in het Nederlands.

Nu is mijn liefdesobject uit het boek Frans-Canadees; al spraken wij vooral in het Engels, zijn moedertaal is Frans. Ik vraag me echt af hoe dat Franstalige het romantische leven beïnvloedt. Wij associëren Frans met de liefde, maar hoe is dat als je zelf Franstalig bent, gebruik je dan ook sneller loze lieve woorden? Bijvoorbeeld de radiozender die nu aanstaat, FIP, die presentatrices praten niet, ze fluisteren, alsof ze vanuit de slaapkamer verslag doen. Daar worden ze op uitgezocht, dat is kennelijk de cultuur. Wat betekent dat voor de communicatie in het dagelijks leven? Is alles dan eerder erotisch geladen, of wordt het juist afgevlakt omdat het al de standaard is? Deze kwestie behoeft meer onderzoek.’

In je boek beschrijf je het verslag van een obsessie over een man naar wie verwezen wordt als A. Ik kan me zo voorstellen dat het een confronterende tocht is geweest. Welke vragen zijn daarin beantwoord?
‘Toen ik begon te schrijven, was mijn persoonlijke vraag: wat is hier eigenlijk in hemelsnaam gebeurd? Geleidelijk ging A onze liefdesgeschiedenis verdraaien, hij maakte er een net wat ander verhaal van dan ik dacht dat het was. Ik ging daarin mee en zette op een gegeven moment, om zijn relatie te redden, zelfs nog een tandje bij, maakte mezelf nog wat onbelangrijker. Daardoor werd voor mij de oorsprong van de obsessie steeds obscuurder. Ik twijfelde of A eigenlijk ooit wel gevoelens voor me had gehad, of ik mezelf niet van alles had wijsgemaakt. Ik ben daarom teruggegaan naar het begin van het verhaal om uiteindelijk te kunnen vaststellen: ik was vooral gek van verliefdheid.’

Welke vragen zijn na dat verhaal juist open blijven staan?
‘Ik ben voor mezelf nagegaan welke factoren er allemaal meespelen bij zelfverlies in de liefde. In hoeverre is het iets vrouwelijks? Oftewel: in welke mate is het sociaal geaccepteerd bij mannen in vergelijking met vrouwen? In hoeverre is dit mijn persoonlijke afwijking of is het universeler? En hoe lopen vervolgens de interacties tussen al die aspecten? Daar zal nooit een eenduidig antwoord op zijn.

Vervolgens ontvouwen zich nu vragen en gedachten over hoe ik als individu en wij als maatschappij “onafhankelijkheid” zo’n belangrijke waarde vinden en dat we van “afhankelijkheid” iets viezigs en zwaks hebben gemaakt. Er zit nog steeds veel schaamte en veroordeling rondom controleverlies. Ik denk dat het juist veel ruimte geeft als we het zouden kunnen toegeven als we onszelf soms kwijt zijn. We zijn nu eenmaal afhankelijke wezens.’

Welke seksscène is je altijd bijgebleven?
‘Doordat ik tijdens mijn studie onderzoek heb gedaan naar verkrachtingsscènes in literatuur denk ik dan aan een scène uit The Bluest Eye van Toni Morrison. Daarin wordt een dochter door haar vader verkracht, opgetekend vanuit zijn perspectief. Dat heeft iets heel problematisch. Morrisons stijl is lyrisch en sensueel. Zo ook in deze scène, zodat je je als lezer ook aangetrokken voelt tot dat kind. Aan de ene kant is dat knap gedaan, maar het probleem is: Morrison heeft aangegeven dat zij met dit boek medeleven had willen opwekken voor Pecola, de dochter, en dat doet ze zo niet, de stem van dat kind is zo goed als afwezig. De literatuur heeft natuurlijk een hele traditie van het belichten van moreel verwerpelijke figuren. Dat lijken we spannender te vinden. Ik merk dat zelf ook. Ik probeer er rekening mee te houden dat mijn beschrijvingen mensen die daadwerkelijk geweld hebben overleefd niet tekortdoen, dat pijn niet wordt geromantiseerd, maar daar slaag ik vast niet altijd in – als Morrison er al moeite mee had…’

Heb je wel eens romantiek op het Boekenbal meegemaakt?
‘Normaal heb ik niet zoveel met oppervlakkige praatjes op feestjes, maar op het Boekenbal juist wel. Ik denk dat er veel schrijvers zijn die daar gewoonlijk moeite mee hebben. We hebben het dan ook over een extreem zelfbewuste groep mensen. Iedereen drinkt dus ook wat meer. Op die manier kwam het ook eens, op het rokersbalkon van de Stadsschouwburg, met iemand met wie ik ooit in de redactie van een tijdschrift zat tot een kort maar intiem gesprek over biseksualiteit en de gevoelens die wij even voor elkaar hadden waarmee we niets hebben gedaan. Geen gezoen, geen gevoos, alleen het uitspreken van een intens gevoel en elkaar daarbij aankijken – dat blijft voor mij waarschijnlijk toch het toppunt van romantiek.’

Heb je wel eens geprobeerd iemand te verleiden via een boek of gedicht?
‘Grappige vraag. Bij toeval, nou ja, eigenlijk omdat mijn vriend me af en toe googelt, kwam ik erachter dat in de catalogus van Bibliotheek Noordwest Veluwe in Gelderland mijn boek werd beschreven met de tekst: “Een jonge vrouw zit graag achter knappe jongens aan en tracht hen met literaire trucs te strikken.” Haha, dat zette me wel aan tot denken: is dat wat ik blijkbaar doe? Ik zal niet ontkennen dat een aantal passages, vooral over vroegere liefdes, zeker in dat licht te interpreteren is.’

The Titanic of The Notebook?
‘Tja… Ik ben trouw aan het gevoel van mijn dertienjarige zelf: Titanic.’

Margaret Atwood of Amy Hempel?
‘Dit is zeer oneerlijk… Amy Hempel zit wel meer in mijn hart. Haar werk is tederder; zij gaat waar het voor haarzelf ook pijn doet. Margaret Atwood heeft iets meer afstandelijks en schept wellicht juist mede daardoor briljante werelden.’

True Romance of Blue Velvet?
‘Blue Velvet.’