Uwe Timm

De ontdekking van de curryworst

Podium, 171 blz., € 16,-

Dieter Forte

Auf der anderen Seite der Welt

S. Fischer, 342 blz., € 19,90

Wie de onlangs verschenen Nederlandse vertaling leest van Die Ent deck ung der Currywurst van de Duitse schrijver Uwe Timm moet onwillekeurig denken aan de film Goodbye Lenin! In deze succesvolle rolprent doet de jeugdige hoofdpersoon in Oost-Berlijn na de val van de Muur zijn uiterste best om ter wille van zijn zieke moeder de in eengestorte DDR te laten voortbestaan. En dus moet onder meer verhinderd worden dat deze trouwe communiste haar kamer verlaat.

Toch heeft De ontdekking van de curryworst niets met deze film van doen. Timm schreef zijn roman in het begin van de jaren negentig, tien jaar vóór Goodbye Lenin! werd geproduceerd. Het is goed dit voor ogen te houden, omdat de grondideeën van de film en de roman zo op elkaar lijken. Timm laat namelijk in zijn verhaal de Tweede Wereldoorlog voortduren. Tegen het eind van de oorlog neemt een veertig jarige vrouw in Hamburg een jonge Duitse marineman mee naar huis. Na een eerste liefdesnacht besluit de man niet terug te keren naar het front. De deserteur duikt onder in de woning van de vrouw. Een riskante onderneming voor beiden, maar ook een moedige en vooral gelukkige. Want de jonge man is een «goede minnaar», die de vrouw na de capitulatie van Hamburg niet wil kwijtraken. Dus laat ze de oorlog voortduren. Ze vertelt dat Amerikanen, Britten en Fransen vrede hebben gesloten met de Duitsers om gezamenlijk verder te vechten tegen het bolsjewistische Rusland. Dit idee leefde destijds inderdaad in nazi-Duitsland en wordt ook direct door de marineman omarmd. Maar dit betekent dat de man in geen geval de straat op mag. Hoe dit alles vervolgens leidt tot de ontdekking van de curryworst is een verhaal dat hier niet wordt verraden. Lees de ro man!

Dat loont de moeite, want De ontdekking van de curryworst is een onderhoudend, menselijk verhaal uit een gruwelijke tijd. Timm heeft het fraai opgeschreven, maar de roman heeft zeker niet de diepgang van Mijn broer bijvoorbeeld, het literaire werk dat vorig jaar in het Nederlands verscheen en waarin Timm zijn met de nodige schroom ondernomen zoektocht beschrijft naar zijn broer die als jonge SS’er sneuvelde in Oekraïne.

Wat hebben Uwe Timm en Dieter Forte gemeen? Ze zijn beiden oorlogskinderen. Timm werd in 1940 geboren en Forte vijf jaar eerder. Forte heeft als kind de luchtaanvallen op Düsseldorf meegemaakt en leefde na ’45 als jongen in de ruïnes van de stad. Meer nog dan bij Timm bepalen bij Forte deze ervaringen zijn schrijverschap. Zij hebben hun weerslag gevonden in romans als Der Junge mit den blutigen Schuhen en In der Erinnerung. En Forte heeft de draad verder gesponnen in Auf der anderen Seite der Welt, een indrukwekkende roman over de jaren vijftig.

De zieke jongen die naar adem snakt in de puinhopen van een verwoeste stad na 1945 en die we kennen uit In der Erinnerung reist in Forte’s jongste roman, inmiddels volwassen geworden, naar een sanatorium op een afgelegen eiland in de Noordzee. Het is een plek waar leven en dood heel dicht bij elkaar liggen, want veel patiënten genezen niet. Maar de verteller kijkt van dit eiland ook naar de nog jonge Bondsrepubliek, waar de ruïnes hebben plaatsgemaakt voor nieuwe gebouwen en het Wirtschaftswunder het nazi-verleden heeft verdrongen. De doden laten zich echter niet zo gemakkelijk verdrijven; ze kunnen en mogen niet worden vergeten. In de roman staat: «Wat een mens de ander aandoet, dat is in de wereld en blijft in de wereld, daarom ziet de wereld er ook uit zoals ze zich thans presenteert. Een knekelhuis van levenden, dat permanent groter wordt.»

Auf der anderen Seite der Welt is zowel een poëtische als een filosofische ro man. Het poëtische zit ’m in Forte’s prachtige beschrijvingen van de na tuur; van de zee, het licht en de wolken. En het filosofische zit ’m in al die personen die de jeugdige zieke op het vasteland heeft gekend en die hij weer voor zijn geestesoog laat verschijnen met hun visies op de tijd, het leven en de dood.

Forte vertelt de lezer geen verhaal, zoals Timm heeft gedaan. Hij schildert meer situaties en mensen, levenden en do den. Zijn roman kan het best worden omschreven met de woorden die hij zelf bezigt aan het slot: «Geen geschiedenis. Geen handeling. Verloren beelden. Vergeefs herinneren. De woorden vloeien weg als drijvende draaikolken. De we reld verzinkt in de tijd. Wat blijft zijn namen op grafstenen. Elk nieuw begin een bewering, elke afloop een illusie, elk einde een niets in de slaap der herinnering.»

Dat deze bijzondere roman van een groot schrijver ten slotte ook over Forte zelf gaat, spreekt bijna vanzelf. Hij laat de jongen herleven die kort na de oorlog van zijn grootvader een heel kleine aardbol kreeg met daarin een puntenslijper. Aan dat kleine ding, dat eerder opdook in de roman In der Erinnerung, hing een grote opdracht, namelijk alles op te schrijven. «Deze bonte bol, die men in zijn broekzak kon stoppen en waarmee men door de wereld kon wandelen, werd de grondsteen van een nooit eindigend vertellen, waardoor hij overleefde.» En daarmee is deze roman ook een zoektocht geworden naar de bron van het eigen schrijverschap.