‘The world called and I answered’, een van Rita Dove’s dichtregels, is verwerkt in een bonte muurschildering op een gebouw van University Avenue in Charlottesville. Thomas Jefferson liet hier in 1819 een campus aanleggen, vlak bij Monticello, de heuvel waar hij zijn plantage had, slaven hield en een huis bouwde in de neoklassieke palazzo-stijl die hij vanuit Europa meenam naar de Verenigde Staten. Ook de universiteit die hij stichtte was een oefening in Europese verbeelding: een grote tuin met aan weerszijden woningen voor professoren en studenten, een centrale hal met koepeldak en een standbeeld van Homerus in het midden.
Maar het zijn de woorden van Dove, die in 1993 de jongste Poet Laureate van de Verenigde Staten werd en de eerste Afro-Amerikaanse dichter in die functie was, die oplettende bezoekers nu verwelkomen bij een bezoek aan de universiteit in het glooiende landschap van Virginia. De voormalige plantages daar worden nu gebruikt voor wijnbouw. Wat ze produceren is overwegend bocht. Te wrang of juist te zoet, alsof de heuvels het niet toestaan dat iemand op deze grond fraaie wijn maakt. Je gaat snappen waarom Jefferson, als hij het geld had, bordeaux van topklasse liet importeren, drank die zich wat betreft gelaagdheid kan meten met de poëzie van Rita Dove. De muurschildering verwijst naar het gedicht ‘Testimonial’, opgenomen in haar bundel On the Bus with Rosa Parks: ‘The world called, and I answered/ Each glance ignited to a gaze/ I caught my breath and called that life/swooned between spoonfuls of lemon sorbet.’ (De laatste regel is typerend voor Dove’s werk. In haar gedichten speelt ze regelmatig met de zintuiglijke ervaring van eten. Blader door haar Collected Poems 1974-2004 en je komt een feestmaal in woorden tegen: champagne, gestoofde kalebassen, chocola, crab-boil. Schrijven over eten is een manier waarop de dichter direct fysieke sensaties en emoties kan opwekken, vertelde Rita Dove me.)
Op de deur van haar werkkamer prijkt een bordje dat speciaal lijkt opgehangen voor Hollands bezoek. ‘Alleen voor dichters’. Dove heeft het meegenomen bij een eerder bezoek aan het Poetry International Festival in Rotterdam. Het hing bij de ruimte waar deelnemers aan het festival zich konden terugtrekken. Het bordje onderstreept Dove’s fascinatie voor Nederland. Ik ken geen poëtisch-geografische typering die ons vlakke land beter vat dan Rita Dove’s ‘Delft’: As if a continent/ raging Westward, staggered/ at the sight of so much water, sky/ on curdling sky.
Ik ben geen dichter, maar de deur zwaait open en daar staat Rita Dove – lachend, kort van stuk, grote bos krullen en een palet van kleuren op de gelakte nagels aan de uitnodigende hand. Op haar bureau ligt een stapel werkstukken. Ze doceert Engelse literatuur, en haar studenten schrijven poëzie. Dove was Amerika’s nationale dichter in de jaren negentig, het pre-internettijdperk, een laatste hoogtepunt van Amerikaanse mondiale zelfverzekerdheid ook. De poëzie van haar studenten moet het gevecht aangaan met de digitale versnippering en met de taalarmoede van Donald Trump. Is dat ontmoedigend, of biedt dat juiste nieuwe openingen?
Eerst het internet. Digitale tijden. Zegen of vloek voor de dichter? Dove twijfelt. ‘Wat helpt is dat je nu een gedicht kunt verspreiden via Facebook. En je zou zeggen: een gedicht vraagt weinig tijd, dus je kunt lezen tussen al het andere dat om aandacht vraagt. Aan de andere kant: je moet wel in de juiste stemming zijn, in een bepaalde mentale ruimte verkeren om een gedicht te kunnen waarderen. Maar poëzie kan die ruimte ook zelf scheppen. Als je rondraast en het druk hebt, als je dag een chaos is, kunnen gedichten je aarden of je rust geven. Of ze bieden wijsheid of een verbinding waarvan je niet dacht dat je die nodig had.’
‘Het internet verlangt dat we dingen snel lezen, en snel doorklikken naar het volgende’, vervolgt Dove. ‘Een dichter heeft daar misschien minder last van dan roman- of toneelschrijvers. Maar uiteindelijk zijn we allemaal bezig met een groot experiment waarin we uitzoeken wat een kortere aandachtsspanne doet met ons als mensen.’
In het werk van haar studenten ziet ze een tegenreactie, vertelt Dove. Ze zijn juist langere gedichten gaan schrijven. ‘Dat had ik niet verwacht, maar ergens is het logisch. Op de computer kun je veel gemakkelijker schrappen en tussenvoegen, je hoeft niet telkens je hele gedicht opnieuw te typen.’
In zekere zin gaan we terug naar de tijd van de lange lyriek, meent Dove. Poëzie ontstond in een mondelinge traditie en de huidige generatie dichters staat graag op het podium. Stand-uppoetry? Dove lacht. ‘Geweldige term in plaats van “spoken word”, I love it. Dichters hebben die vorm nodig, om te kijken of ze met hun woorden iemand hún universum kunnen binnenslepen. Als woorden uitgesproken moeten worden, krijg je ook een ander type dichtkunst, langere, vloeiende lijnen, meer drama om de aandacht van de luisteraar vast te houden, meer aandacht voor cadans. Ik zie dat veel jonge dichters hiermee bezig zijn.’
Dove werd geboren in Akron, Ohio. Ze studeerde met een Fulbright-beurs in Tübingen, Baden-Württemberg, waar ze een liefde voor de Duitse taal en Duitse poëzie ontwikkelde (wie astrale logica gelooft: Dove is op dezelfde datum geboren als Goethe). ‘Ik hou ook van de Duitse novelle. De spanningsboog van het korte verhaal heeft mijn werk diep beïnvloed’, zegt Dove, die ook korte verhalen schrijft. ‘En ik hou van de dynamiek van het Duits, de lange zinnen die je pas volledig kunt begrijpen als je aan het einde bent. “Ik wist nooit wat een eeuwigheid was, totdat ik Duits begon te leren”, zei Mark Twain. Ik probeer dat ook, de spanning te rekken, de openbaring pas weg te geven aan het einde van een zin.’
In de jaren tachtig, tijdens een verblijf bij de Iowa Writers’ Workshop, leerde Dove haar man kennen, Fred Viebahn, een Duitse schrijver. Ze ontmoetten elkaar door taal. Dove vertaalde een van zijn lezingen. Thuis spreken ze een mengeling van Engels en Duits, vertelt ze. Samen met Viebahn verhuisde Dove eind jaren tachtig naar Charlottesville, waar ze beiden een aanstelling kregen op de universiteit.
‘Ik wilde absoluut niet in het zuiden van de Verenigde Staten wonen’, vertelt Dove. ‘En al helemaal niet in Virginia. Maar toen ik voor het eerst hier op de campus kwam merkte ik dat een hoop tegenstrijdigheden van de VS hier samenkwamen. Niet verrassend, aangezien Jefferson zelf een vat vol tegenstrijdigheden was. Hij schreef de Onafhankelijkheidsverklaring en maakte anderen tot slaaf. Richmond, de hoofdstad van de Geconfedereerde Staten, is hier vlakbij. Deze plek trilde van interessante spanningen waar ik wel de strijd mee wilde aangaan.’
En nu is Charlottesville een naam geworden die de hele wereld kent. Hier hielden witte racisten in 2016 een betoging met dodelijke afloop, waarna Trump sprak over ‘fine people on both sides’. Het verbaasde Dove niet dat dit in Charlottesville gebeurde. ‘Niet omdat het hier vol racisten zit, maar omdat deze plek typerend is voor hoe we het verleden proberen toe te dekken en onszelf aanpraten dat we de geschiedenis ontstegen zijn. Maar de Amerikaanse Burgeroorlog leeft in zekere zin door. De demonstranten kozen bewust voor Charlottesville, waar de standbeelden van generaals van de Geconfedereerde Staten nog altijd op hun sokkel staan. De stad was onvoorbereid en is nu een symbool geworden.’
Volgens Dove kan haar woonplaats die symboolfunctie wel aan. ‘Als er een plek is waar de hedendaagse confrontatie over ras zich moet afspelen, laat het dan Charlottesville zijn. Iedereen die hier langskomt moet nu iets met wat hier gebeurd is, erover praten of bewust zwijgen. Uiteindelijk heeft niemand controle over wat er met een naam gebeurt. Het deed me denken aan Rosa Parks, die koos er ook niet voor een symbool te zijn. Ze was een vrouw die opstond in de bus en een symbool werd.’
Speelt de Charlottesville-demonstratie een rol in Dove’s gedichten? ‘Ik ben bezig om erover te schrijven’, zegt ze. ‘Ik werk momenteel aan een liederencyclus samen met de componist Richard Danielpour. Het gaat over de geschiedenis van Amerika gedurende de laatste vijftig jaar, van 1968 tot 2018. We proberen te vatten wat er met het land is gebeurd die decennia. Het is ingewikkeld, want je kunt niet alles behandelen, je moet kiezen. Ik zit er nu middenin, dus het is lastig om erover te praten. Het worden veertien gedichten. Standing Witness heet de cyclus. We proberen Amerika te bezien vanuit het perspectief van het Vrijheidsbeeld.’

Het is niet de eerste keer dat een iconisch Amerikaans standbeeld het uitgangspunt vormt voor Dove’s werk. ‘Don’t lower your eyes/ or stare straight ahead to where/ you think you ought to be going’, luiden de openingsregels van ‘Lady Freedom Among Us’, een gedicht dat ze schreef als Poet Laureate. ‘With her old fashioned sandals/ With her leaden skirts/ with her stained cheeks and whiskers and heaped up trinkets/ she has risen among us in blunt reproach’. Dove schreef dit gedicht kort nadat ze als nationale dichter was aangesteld. Ze was op bezoek bij de Library of Congress en zag op de parkeerplaats het beeld van de vrijheidsvrouwe staan dat normaal boven op het Capitool prijkt. ‘Ze was naar beneden gehaald voor een schoonmaakbeurt’, vertelt Dove. ‘Ze stond op de parkeerplaats, enorm smerig en ik dacht: Lady Liberty ziet eruit als een dakloze en iedereen loopt met een boog om haar heen. Later werd mij gevraagd iets voor te lezen toen het beeld werd teruggeplaatst. En ik las dit gedicht voor, in het bijzijn van de vicepresident en de senatoren. Kort van tevoren overviel het me ineens: Lady Liberty als zwerver omschrijven, wat heb ik gedaan? Maar niemand leek aanstoot te nemen.’
Dat is het grote verschil tussen het politieke klimaat van Amerika toen en nu, meent Dove. ‘Aan welke kant je ook stond in politiek opzicht, iedereen was bereid te luisteren of bracht in ieder geval de beleefdheid op. Ik was Poet Laureate in de jaren negentig. We hadden het idee dat het goed ging met de wereld. Als dichter voelde ik geen enkele vijandigheid tegen me. Hooguit de gebruikelijke geringschattendheid over wat een dichter nu helemaal te zeggen heeft. Maar ik kon zonder problemen een controversieel gedicht voorlezen.’
En nu bestaan de woorden van de dichter naast de twittertaal van Trump. De huidige Poet Laureate is Tracy K. Smith, net als destijds Dove een jonge Afro-Amerikaanse vrouw en net als Dove een dichter die in haar werk de duistere kanten van Amerika’s heden en verleden opzoekt. Het was onder andere Dove’s werk dat Smith deed besluiten om dichter te worden. Volgens Dove is dit een van de signalen dat poëzie weer politiek aan het worden is.
‘De poëzie in de VS was wat mak geworden in voorgaande jaren’, zegt Dove. ‘Gedichten voelden soms wat losgezongen. Werk dat een dialoog aanging met de noden van de tijd, daar werd soms wat schamper over gedaan. Je kreeg al snel het verwijt van overdreven pathos, dat de boodschap een gebrek aan vakmanschap moest verhullen. Dat gevoel begint nu gelukkig te slijten. Ik krijg studenten aan mijn bureau die vragen wat ze kunnen doen met hun werk, hoe ze uiting kunnen geven aan verontwaardiging en maatschappelijke depressie.’
Er is, kortom, een strijd over taal bezig, en Dove doet er graag aan mee. ‘Ik heb de dichter altijd beschouwd als een soort arbiter van taal, iemand die kan bepalen wat taal ten diepste is. Maar als een politieke ideologie of een systeem de taal overneemt, krijgt de dichter een extra rol. Je ziet het aan de regering-Trump die het constant over “fake news” heeft. Ze proberen een vocabulaire te creëren dat alleen zij controleren en waarin de rest van de samenleving moeilijk kan navigeren.’
Wat kan de dichter daar tegenover stellen? De taal van Trump nadoen? Korte zinnen, veel kapitalen en uitroeptekens? Of juist langere, complexere regels, om te laten zien wat het alternatief is? ‘Er zijn duizend manieren om terug te vechten, en ze moeten allemaal gebruikt worden’, zegt Dove. ‘Je kunt woorden als kogels gebruiken en terugschieten op de manier waarop Trump dat zelf doet. Hij herhaalt ook steeds dezelfde frasen. Je kunt een gedicht op die manier schrijven en daarmee laten zien hoe taal verbrokkelt en corrodeert. Maar ik kan me ook voorstellen dat iemand met het vocabulaire van Trump een langer gedicht schrijft om te laten zien dat niet alles in korte fragmenten hoeft te worden gevat. En we moeten woorden terugpakken. Neem het woord “fake”. Dat wordt nu vermeden om de associatie met Trump te voorkomen. Maar het omgekeerde kan ook: ga aan de haal met de taal van de anderen, probeer de betekenis te veranderen. De tijd is aangebroken om taal weer terug te veroveren.’
Rita Dove geeft zaterdag 15 juni om 18.30 uur een lezing in de Jurriaanse Zaal