
Het is vier uur ’s middags. Op de zonnebedden langs het zwembad rusten de gasten van het hotel uit. Het zijn allemaal mannen. Vrouwen zijn er wel in het zeventien verdiepingen tellende hotel aan de Sukhumvit Road in het centrum van Bangkok, maar zij zitten op de trappen voor de entree, klaar om door de mannelijke gasten te worden opgepikt. Of ze wachten in een kamer op hun kersverse ‘lover’ die nu aan de rand van het zwembad aan het bijkomen is.
Een Thaise vrouw wandelt het terras op. De met zonnebrillen bedekte gezichten wenden zich traag in haar richting. Ze neemt plaats op het uiteinde van een ligstoel en begint een oudere, blanke man te masseren. ‘You come with me now?’ De man houdt zijn ogen dicht, geniet nog even van de zon. Dan staat hij op en trekt haar mee naar binnen, naar zijn kamer.
Op het internet leek het een standaard middenklassehotel met goede beoordelingen, maar mijn vrouwelijke reisgenoot en ik zijn in een sekshotel beland. In het nabijgelegen Novotel staan geen vrouwen voor de ingang, daar is het hotel te chique voor. Maar de scootertaxi’s met dames in wel erg korte rokjes en doorschijnende jurken rijden er evengoed af en aan.
In weinig landen heeft het sekstoerisme zulke massale vormen aangenomen als in Thailand. Vorig jaar kwamen er 32,5 miljoen toeristen naar het land, een stijging van ruim negen procent. Zelfs het jaar van nationale rouw in verband met het overlijden van koning Bhumibol wist toeristen niet af te schrikken. Volgens het Thaise Immigratiebureau van de nationale politie was zestig procent van de bezoekers man. Van deze 19,5 miljoen mannen kwam zeventig procent vooral voor de seks. Slechts tien procent van de sekstoeristen is vrouw.
In het land waar de pingpongshow, waarbij vrouwen pingpongballen uit hun vagina afschieten, net zo befaamd is als het traditionele noedelgerecht pad thai en een massage niet zelden vergezeld gaat van een happy ending, is sekstoerisme een miljardenindustrie. Op internet struikel je over de gidsjes met de heetste seksclubs en -bars en overzichten van prijzen voor de verschillende rangen en standen van prostituees en escorts. Informatie over de omvang van de mensenhandel en de gedwongen prostitutie is nauwelijks te vinden. De meeste websites en blogposts beweren dat de vrouwen het ‘graag en vrijwillig doen om geld te verdienen’. Alleen enkele organisaties van christelijke signatuur hebben kritiek op het excessieve karakter van het sekstoerisme, waarbij het abnormale als vanzelfsprekend wordt beschouwd, zoals birdshows waarbij vrouwen levende vogeltjes uit hun vulva laten vliegen.
Het sekstoerisme in Thailand kent een eindeloos scala van plekken en diensten. Van happy-endingmassages tot prostitutie en van live seksshows (met mannen, vrouwen of dieren) tot zogenaamde karaokebars waar meisjes klanten oppikken. Je zou zelfs kunnen stellen dat de handel in Thaise bruidjes voor alleenstaande witte mannen op leeftijd onderdeel van seksuele dienstverlening is, al wordt dit niet in de statistieken meegenomen. Waarom is het sekstoerisme juist hier zo groot? Waarom laten westerse mannen, en in toenemende mate ook mannen uit Rusland, Kenia, India, Nigeria en de Arabische wereld, juist hier alle schaamte varen? Het zijn vragen die me bij mijn drie bezoeken aan Thailand bezighouden.
De meest gangbare wetenschappelijke definitie van sekstoerisme komt van de feministische wetenschapper Cynthia Enloe. Zij spreekt van sekstoerisme als mensen uit economisch ontwikkelde landen naar onontwikkelde landen reizen specifiek voor het kopen van seksuele diensten van lokale mannen, vrouwen en kinderen.
Mijn eerste kennismaking met de seksindustrie vond in 2013 plaats, toen ik op bezoek was bij een Thaise vriend en zijn familie. In mijn kamer stond een enorme bokaal met condooms op het nachtkastje. Zonder veel gêne liet het gastgezin mij het hart van het sekstoerisme in Bangkok zien. Ik hoorde voor het eerst van zogenaamde blowjobbars, waar mannen een biertje aan de toog drinken terwijl ze worden gepijpt door een voor hen naam- en gezichtsloze vrouw die verscholen zit achter een gordijn.
Bij mijn tweede bezoek in 2015, een jaar nadat de militaire junta door een staatsgreep aan de macht was gekomen, ontdekte ik de gay- en dragqueen-scene met de burlesqueshows, cabaret en seksclubs. Klanten waren hier aan het morren omdat de regering in een poging om de culturele waarden en het goede fatsoen te waarborgen regels had ingevoerd die klaarkomen op het podium verbieden.
‘Het is niet meer wat het geweest is’, merkte een doorgewinterde Amerikaanse Thailand-ganger in de Telephone Bar op. Hij kwam er al 25 jaar en miste nu de jonge jongens die in de live seksshows een hoogtepunt niet simuleren, maar daadwerkelijk beleven. Een journalist van Newsweek is al even verontwaardigd. ‘Sinds de junta aan de macht is, wordt alles steeds braver’, zegt hij. ‘Neem Dreamboys bijvoorbeeld, vroeger werd iedere show daar afgerond met echte live seks, nu is het een kuise bedoening.’
In de go-go-bar op Surawong Road zie ik jonge mannen op een podium elkaar in een driehoekspositie pijpen. Ze stoppen net voor de ejaculatie. De penissen zijn groot en hard getrokken met een vacuümpomp. ‘Slap gedoe’, klinkt het Nederlandse commentaar om mij heen. Aan het eind van de show worden zo’n vijftig mannen op een draaiband gezet, met nummertjes op de veel te strakke slipjes. ‘Voor hoeveel wil je er eentje hebben?’ vraagt de transvrouw en eigenaar van het establishment. ‘Ik vind je leuk en wil je wel korting geven.’
In juli 2016 kondigde de eerste vrouwelijke minister van Toerisme Kobkarn Wattanavrangkul aan dat Thailand zichzelf wil herdefiniëren als een vrouwvriendelijke reisbestemming en gesloten zal worden voor sekstoeristen. ‘We willen dat Thailand een land wordt van kwaliteitstoerisme. We willen dat de seksindustrie verdwijnt.’ In de eerste weken na haar aantreden vond er een korte golf van politie-invallen plaats in bordelen en go-go-bars. Maar tijdens mijn laatste bezoek in december lijkt dit beschavingsoffensief voorbij. Grote en gelikte stripclubs hebben in Patong Beach hun deuren geopend. Op Koh Samui lopen meiden met reclameborden met ‘wet pussy 100 baht’ (2,65 euro) en ‘quick fuck 120 baht’ (3,18 euro).
Er bestaan veel misverstanden over het sekstoerisme in Thailand. Zo zouden de klanten vooral witte, oudere mannen zijn, maar niets is minder waar. In de stripclubs en karaokecafés komt elke leeftijdscategorie van iedere nationaliteit en kleur samen. Van jonge backpackers tot bejaarden en van singles tot getrouwde mannen. Er is in Bangkok zelfs een seksstraat specifiek gericht op Japanners, met mangapornobioscopen en meisjes die op straat hun klanten opwachten verkleed als Hello Kitty-katjes of piepjonge schoolmeisjes.
Ook is het geen verschijnsel dat beperkt is tot de grote uitgaansstraten in de wijken Silom of Sukhumvit, met z’n beroemde zijstraat Soi Cowboy, die het decor vormt van de ‘mannencomedy’ The Hangover Part 2. Sekstoerisme vindt overal in Thailand plaats, al is het in conservatieve of afgelegen gebieden meer verscholen. Zoals op het overwegend islamitische eiland Koh Lanta, waar toch ook vrouwelijke prostituees in karaokebars werken. ‘Het is een kwestie van tijd voor het massasekstoerisme ook hier komt’, zegt Mon (37), eigenaar van verschillende Airbnb-huizen op het eiland. ‘Er wordt aan een brug gewerkt die Koh Lanta met het vasteland moet verbinden. Daarna verandert dit eiland met vissersdorpjes in een strook resorts, clubs en bars.’
De sekshandel heeft in Thailand een lange geschiedenis, die dateert van ver voor de komst van buitenlandse toeristen. Tot 1905, toen koning Rama V de slavernij afschafte, stelde de ‘Wet van de Drie Zegels’ mannen in staat vrouwen van ouders en echtgenoten te kopen. Dit werden vervolgens vrouwen van de zogeheten derde categorie. De eerste categorie waren getrouwde vrouwen, tot de tweede categorie behoorden vrouwen die samenwoonden met een man en zijn kinderen baarden. De derderangsvrouwen waren feitelijk seksslaaf. Eerder, in 1868, verbood koning Rama IV de verkoop van vrouwen door hun echtgenoten zonder eigen instemming. Na het verdwijnen van de slavernij gingen veel vrouwen de prostitutie in om hun kinderen te onderhouden. Bordelen werden legaal.
Prostitutie werd in Thailand pas in 1996 officieel verboden, maar de seksindustrie is sindsdien alleen maar gegroeid. Volgens onderzoek van de Chulalongkorn Universiteit zijn er ruim 2,8 miljoen sekswerkers in Thailand, waaronder twee miljoen volwassen vrouwen, twintigduizend volwassen mannen en 800.000 minderjarigen. Andere onderzoeken presenteren schattingen die variëren tussen de honderdduizend en twee miljoen sekswerkers. Het is onduidelijk hoeveel van de sekswerkers slachtoffer zijn van mensenhandel en/of moderne slavernij.
‘Wereldwijd leven zo’n 21 tot 46 miljoen mensen in moderne slavernij, waarbij het in zestig procent van de gevallen om seksslavernij gaat’, stelt Dorien Lew, directeur van het Nederlandse departement van A21, een ngo die in elf landen werkzaam is in de bestrijding van human trafficking en moderne slavernij. De organisatie heeft een field office in Bangkok en een Child Advocacy Center in de stad Pattaya, het hart van het sekstoerisme op een uur rijden van Bangkok. Medewerkers van A21 helpen bij de opvang en reïntegratie van zowel minderjarige als volwassen slachtoffers van mensenhandel, moderne slavernij en seksueel misbruik.
‘De psychologische trauma’s bij de slachtoffers zijn ongekend’, vertelt Lew. ‘De meeste vrouwen en mannen die wij zien, zijn echt gebroken.’ Veel ouders uit omringende landen en de armste Thaise provincies zijn door economische omstandigheden gedwongen hun kind te verkopen, weet Lew. Ook komt het voor dat kinderen en volwassenen onder valse voorwendselen in situaties van moderne slavernij belanden. Het is een probleem waarvoor de Thaise media nu ook veel aandacht hebben.
In het Trafficking in Persons-rapport van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken uit 2014 kreeg Thailand de zwaarste ‘Tier 3’-beoordeling. Dit plaatst Thailand op een lijst van 22 landen waar mensenhandel het meest voorkomt en het minst wordt bestreden, waaronder Noord-Korea, Syrië en de Centraal-Afrikaanse Republiek. Pas recentelijk is de positie van Thailand iets verbeterd.
De meeste Thai kijken weg of beginnen ongemakkelijk te lachen als ze vragen krijgen over het sekstoerisme. Met de industrie op zich hebben ze meestal geen problemen, wel met de zichtbaarheid ervan. ‘Ik schaam me ervoor, natuurlijk!’ zegt Mon. ‘We schamen ons er allemaal voor dat Thailand wereldwijd zo bekend staat.’
Laksi (25), net afgestudeerd in hotelmanagement, heeft eigenlijk geen mening over de seksindustrie. ‘We praten hier nooit over en denken hier niet over na.’ Of vrouwen economisch gedwongen worden tot prostitutie? Ze weet het niet. ‘Wel komen veel vrouwen uit het arme Laos of uit onze eigen arme provincies in het noordoosten’, erkent ze.
‘Niet zo moeilijk doen. Als vrouwen zo hun geld kunnen verdienen is dat prima’, vindt haar studiegenoot. Ze is lesbisch en maakt zelf ook gebruik van de diensten van de vrouwen. ‘Nou kom op, welke vind jij leuk? Dan regel ik er een’, zegt ze terwijl we naar een metrostation lopen. ‘Wil je haar?’ Ze wijst op een Afrikaanse vrouw en begint naast haar te lopen en direct over de prijs te onderhandelen. Over één ding zijn de twee studiegenoten het wel eens. ‘Het is smerig hoe al die Europese toeristen trots met die vrouwen over straat gaan. Hebben ze dan helemaal geen zelfrespect?’

De seksindustrie in Thailand is opgesplitst in twee categorieën: Thai-Thai en farang (Thai voor ‘witte buitenlander’). Uit verschillende onderzoeken van het Thaise ministerie van Gezondheid blijkt dat dagelijks zo’n 450.000 Thaise mannen een prostituee bezoeken. De Thaise seksklant laat zich leiden door vier gouden regels: ga nooit naar een prostituee in de eigen buurt, laat je nooit met een prostituee zien in het openbaar, praat er nooit over, beken nooit. Bij de farang-seksindustrie lijkt daarentegen het devies: alles kan en hoe gekker, hoe beter.
De wortels van het farang-sekstoerisme liggen bij de komst van de Amerikanen, die in 1964 in Thailand zeven militaire bases openden. Tijdens de Vietnamoorlog stemde de Thaise regering ermee in om Amerikaanse soldaten ‘rust en recreatie’ te bieden. Deze ‘R&R’ werd door de Amerikanen al snel ‘I&I’ genoemd (intercourse & intoxication). Cafés en koffiesalons veranderden in go-go-bars (everything goes) die na de Vietnamoorlog een gestage stroom buitenlandse toeristen aantrokken.
Op internet zijn tientallen dagboeken van farang-sekstoeristen te vinden. De blogposts bevatten zelden kritiek. Thaise sekswerkers zouden trots zijn op hun werk en ‘werken tegen minimumloon in McDonald’s als echt mensonterend zien’.
In een nachtclub in Patong Beach zijn de synthetisch-leren banken in de zaal leeg, op drie Britse jongens na die uitsluitend aandacht hebben voor de lapdancers op hun schoot. Op het podium zijn twee vrouwen en een man met brandende kaarsen in de weer. Ze laten kaarsvet op hun borsten, penis, hoofd en zelfs in hun mond druipen. Niemand kijkt, maar the show must go on. Want potentiële binnenkomende bezoekers moeten geen leeg podium aantreffen.
In Bananas, Beaches and Bases: Making Feminist Sense of International Politics schrijft Cynthia Enloe over sekstoerisme: ‘Derdewereldvrouwen moeten wanhopig genoeg zijn om in de prostitutie te gaan, eenmaal zo ver is het moeilijk eruit te stappen. Bij mannen uit welvarende samenlevingen moet het idee postvatten dat de vrouwen in bepaalde landen gemakkelijk beschikbaar zijn en onderdaniger dan de vrouwen in hun eigen land.’ Seks mag relatief goedkoop zijn in Thailand, de reiskosten maken de seksuele activiteit niet goedkoper dan in eigen land. Sociologen en onderzoekers stellen dan ook dat de kostprijs weinig met het seksuele verkeer te maken heeft.
Advertenties voor sekstoerisme benadrukken met name het exotische en onderdanige karakter van Thaise vrouwen. ‘De traditionele attitude van onderdanigheid van de Aziatische vrouw aan de man garandeert hem instemming met zijn verlangens, niet alleen seksueel maar ook in het zorgen voor en verzorgen van hem. Dit versterkt het mannelijk ego en zijn verlangen naar Aziatische vrouwen’, stelt onderzoeker Patricia Green. De Thaise vrouw wordt beschouwd als een dienstbaar poppetje en seksobject, inwisselbaar en klaar voor alle wensen.
Uit een onderzoek naar Britse sekstoeristen door Julia O’Connell Davidson en Jacqueline Sanchez Taylor, verbonden aan de Universiteit van Leicester, komt naar voren dat de respondenten het volstrekt acceptabel vinden de economisch kwetsbare positie van Thaise vrouwen te exploiteren. Homoseksuele mannen die hetzelfde met Thaise mannen doen worden echter ‘ziek’ genoemd. Ook zouden Thaise vrouwen volgens de respondenten ‘Arabieren’ haten en proberen te mijden. Dit omdat ‘Arabieren’, anders dan Europeanen, hen ‘verkrachten, vreemdgaan, weigeren te betalen’ en hen ‘minderwaardige’ dingen laten doen. Geen van de ondervraagden beschouwde zichzelf als sekstoerist.
Kleur speelt een grote rol in de Thaise seksindustrie. Afrikaanse sekswerkers worden simpelweg op straat opgepikt of aan een van de tafeltjes bij McDonald’s op Sukhumvit Road. Aziatische vrouwen en mannen, Thai of afkomstig uit omliggende landen, gaan naar go-go-bars, cafés en massagesalons. Ook zij zijn te vinden op straat, maar meer georganiseerd, in rijtjes op barkrukken voor cafés en hotels.
Het hoogst in aanzien staan de witte Europese prostituees, in vrijwel alle gevallen van Russische origine. Zij dansen in de duurdere stripclubs. Voor hen geen pingpongshows of brandend kaarsvet, maar de klassieke paaldans en lapdance. Betaalde seks is bij hen een vrijwillige keuze, ze kunnen met een klant naar buiten gaan, waarna hij betaalt voor massages, diners, drankjes en hotels. ‘Voor de seks zelf wordt geen prijs afgesproken’, vertelt een Russische prostituee in de Moulin Rouge in Patong Beach. ‘Ik ben geen sekswerker, ik ben een artiest. Ik dans. Dat is iets heel anders.’ De klanten in deze club zijn beter gekleed, kopen dure drankjes. Walmen aftershave hangen in de lucht. Ze praten niet of nauwelijks met de vrouwen, benaderen hen voorzichtig. Ze verwachten van de blonde dames niet dat ze de benen spreiden om pingpongballen af te schieten.
Kinderprostitutie is in Thailand ook een groot probleem, ook al doen de autoriteiten de laatste jaren meer aan de bestrijding ervan. Volgens wetenschappelijk onderzoek werken er veertigduizend kinderen jonger dan zestien jaar in de Thaise seksindustrie. In de afgelopen jaren hebben verschillende westerse landen liaison-officieren van hun nationale politie in het land gestationeerd om de plaatselijke autoriteiten te helpen bij het opsporen van de daders.
Nederland heeft twee liaison-officieren in Bangkok. ‘We weten niet exact om hoeveel daders het gaat’, vertelt Peter Reijnders, de programmamanager van het landelijk team dat zich bezighoudt met de bestrijding van kinderporno en kindersekstoerisme, ‘maar het gaat zeker om enkele tientallen. We stationeren onze mensen hier niet voor niets. Bestrijding van kindersekstoerisme heeft onze hoogste prioriteit.’
Ook de Thaise overheid neemt pedofilie steeds serieuzer. Reijnders: ‘Er vinden op steeds hogere niveaus gesprekken plaats. In principe vervolgt Thailand zelf de daders, maar Nederland kan in voorkomende gevallen ook de vervolging op zich nemen. We voorzien de lokale autoriteiten van informatie om zelf onderzoek te kunnen doen.’
Ook Dorien Lew van A21 merkt dat Thailand meer doet aan het bestrijden van kindermisbruik: ‘Ons Child Advocacy Center hebben we met hulp van de Thaise overheid geopend, juist om professionele hulp te bieden aan slachtoffers van seksueel misbruik en mensenhandel. Wij bevrijden niet zelf kinderen en volwassenen uit de slavernij. Dit doen de lokale autoriteiten die dan de slachtoffers naar ons brengen voor psychische hulpverlening, onderwijs en reïntegratie, zodat die mensen perspectief hebben op een beter leven. De overheden vinden steeds makkelijker de weg naar ons.’
Reijnders ziet drie dadergroepen bij kindersekstoerisme. ‘De grootste groep bestaat uit situationele daders. Zij komen niet naar Thailand met het doel om kinderen te misbruiken, maar laten zich als het ware verleiden door minderjarigen die zich ouder voordoen, of de verscholen pedofiele gevoelens komen onverwacht omhoog als ze aandacht van kinderen krijgen.’
Daarnaast zijn er de pedoseksuelen die special voor de seks naar Thailand komen. En ten slotte zijn er de mannen die gebruikmaken van live seksstreaming. Hierbij geeft de dader vanachter een laptop, tablet of smartphone tegen betaling opdrachten aan een kind aan de andere kant van de wereld om seksuele handelingen met zichzelf of anderen te verrichten. De Nederlandse politie ziet deze gebruikers van het internet ook als kindersekstoeristen. Op de Filippijnen zijn speciale webcamsekshuizen met kinderen ingericht. De groeiende internetdichtheid en de kleinere pakkans maken dit echter een wereldwijd opkomende trend.
‘Het is niet eenvoudig om de daders en slachtoffers van dit laatste misdrijf op te sporen’, stelt commissaris Reijnders, ‘daarom zoeken we samenwerking met ngo’s en buitenlandse opsporingsinstanties voor informatie en preventie en proberen we daders te pakken met onder meer hulp van creditcardmaatschappijen en financiële dienstverleners.’ Op de Filippijnen heeft de laatste aanpak geresulteerd in invallen bij verschillende webcamsekshuizen.
Wat opvalt in Thailand is dat bij veel sekswerkers hun leeftijd moeilijk is vast te stellen. In een go-go-bar achter de belangrijkste winkelstraat in de badplaats Krabi kijk ik naar onvolgroeide lichamen van wel zeer kleine, jonge vrouwen. Velen hebben een beugel. In hun kleine bikini’tjes lijken ze veertien, vijftien, niet veel ouder. Ze vertellen dat ze negentien zijn. Maakt een dronken toerist door van hun diensten gebruik te maken zich schuldig aan misbruik van minderjarigen? En is het eigenlijk relevant of ze daadwerkelijk minderjarig zijn, of is het feit dat ze zich als zodanig voordoen niet even ernstig? Vanwaar die seksuele fascinatie van de farang voor jonge Aziatische meisjes, die giechelen en onzeker wegkijken, die als poppetjes hun dansje op de schoot van dronken mannen doen?
De Britse onderzoeker Joe Sullivan stelt dat pedofielen vaak heel lang hun gevoelens kunnen onderdrukken. Zo kijken ze bijvoorbeeld kinderporno, maar gaan ze heel lang niet over tot feitelijk misbruik. Zodra ze dat wel doen, wordt de kans op herhaling veel groter. ‘Daarom richten wij ons zo op preventie’, zegt commissaris Reijnders.
Lesbische seksshows, gewichtheffen met de penis. Een hot tub die uit een podium komt zetten voor plasseks. Ik loop clubs in om er uren later pas verdoofd uit te komen. Het shockeffect verdwijnt. Soms lach ik om de absurditeit, andere momenten raak ik ongewild geprikkeld. Het wordt steeds lastiger om nee tegen de aandringende meisjes te zeggen.
Op zeker moment krijg ik oranje pingpongballen in de hand gedrukt. Met iedere bal die de vrouwen in hun bh of slipje gepropt krijgen verdienen ze twintig baht (vijftig cent). Links en rechts joelen Duitse en Britse twintigers. Verderop zit een getinte Zuid-Afrikaanse man met een meisje op schoot. Hij lijkt zich niet te schamen voor zijn zichtbare erectie. Ik kijk naar de balletjes in mijn hand en naar de vrouwen die voor mij op het podium om een paal kronkelen. Dit zijn vrouwen met een naam en gezicht, een verhaal en een geschiedenis. Die druk je geen pingpongbal in de vagina, is alles wat ik denk.