De Engelse weg
Vier jaar na Paul Scheffers artikel Het multiculturele drama in NRC Handelsblad is het ook in Engeland bal. David Goodhart, hoofd redacteur van het links-liberale maandblad Prospect, schreef in zijn februarinummer het essay Too Diverse?. The Guardian drukte het nog eens integraal af. Politici en intellectuelen zijn nu in felle discussie. Struikelblok is Goodharts stelling dat nieuwkomers de samenleving uit elkaar doen vallen: de welvaartsstaat mag een totem van links zijn, de toenemende culturele diversiteit in de maatschappij verstoort het idee dat allen beter af zijn als de welvaart eerlijk wordt verdeeld.
Volgen beide discussies hetzelfde pad? In eerste instantie wel. Zo was de pavlovreactie van Trevor Philips, baas van de Commissie voor Raciale Gelijkheid: «Aardige mensen doen ook aan racisme.» Het begrip multiculturalisme lijkt inmiddels gedumpt. Maar dan buigt Engeland af en komt meteen tot de kern. Ook Trevor Philips stelt voor «multiculturalisme» te vervangen door «Britishness». Dat gaat richting Goodhart, die zegt dat gemeenschappen continuïteit nodig hebben om affiniteit tussen de burgers op te roepen. In Engeland kijken ze vooruit. En Nederland? Daar is het vier jaar vooral gegaan om afrekeningen met een zogeheten «politiek correct» verleden. Wij kijken achteruit.
(SP)
Subsidie geven en nemen
Het meest opvallende advies van de Raad voor Cultuur in de cultuurnota die 19 april verscheen, is de hernieuwde subsidiering van toneelgroep De Appel in Den Haag. Vier jaar geleden kregen ze niets. Dit keer is het advies: driehonderdduizend euro. Artistiek leider Aus Greidanus beweerde in dagbladen dat deze nieuwe subsidie is te danken aan het leed dat de rijksoverheid zijn gezelschap had aangedaan. Hij ontdekte in de tussentijd fondsen (VSB en Prins Bernhard) en was gedwongen beslissingen te nemen die artistiek goed uitpakten. De klap wierp zijn vruchten af. Hij is het rijk daarom achteraf dankbaar.
Maar belangrijker voor de draai van de Raad voor Cultuur dan de opvoedkundige waarde van een harde beslissing van vadertje staat is wellicht de positie van de zakelijk leider van Toneelgezelschap De Appel. De voorlichter van de raad is kort na verschijnen van de cultuurnota op vakantie. Maar een telefoontje leert uiteindelijk dat die zakelijk leider, Gerrit Dijkstra, na het debacle van 2000 lid is geworden van de commissie theater van de Raad voor Cultuur. Inderdaad, de commissie die De Appel weer wil subsidiëren. Overigens is het NIM (Nederlands Instituut voor Mediakunst) deze ronde buiten schot gebleven. De directeur van deze instelling zit nog altijd in de Raad voor Cultuur. Een patroon?
(PvO)
John Cleese
Net als andere beroemdheden wordt ook John Cleese met enige regelmaat gevraagd om een boek-blurb, een loftuiting die de uitgever op een boekkaft kan zetten. Cleese antwoordt standaard, ontdekte een auteur die zon brief ontving: «Beste Aardig Iemand. Ik verontschuldig me ervoor dat ik u via deze standaardbrief antwoord, maar zal u uitleggen waarom ik dit doe. In de afgelopen jaren heb ik per week twee tot drie verzoeken gekregen om boeken te lezen en de auteur een quote te geven die het aangewezen boek zal helpen verkopen. Aangezien ik erin slaag om een boek per zes weken te lezen (behalve wanneer ik met vakantie ben) en aangezien ik nooit Thackeray, Dickens, Austen etc. heb gelezen en aangezien ik over een paar maanden zestig jaar oud zal zijn en daarom hoogstwaarschijnlijk spoedig dood, en aangezien ik echt wat Thackeray, Dickens, Austen etc. etc. wil lezen voor ik sterf, is er geen mogelijkheid dit doel te bereiken als ik de boeken zou lezen van bijzonder aardige mensen zoals u goede zelf. Nu maak ik heel soms een uitzondering, maar dan gaat het altijd om een verzoek van iemand die ik zeer goed ken. Nogmaals, sorry. Beste wensen, John Cleese.»
(SP)
Afgezaagde Anekdote Trofee
De Afgezaagde Anekdote Trofee, een prijs die door een geheime jury onverwacht wordt uitgereikt, gaat deze keer naar «Telefoon voor de heer Mulisch» (voor het laatst opgedoken afgelopen week in NRC Handelsblad). Smalend wordt al decennia herkauwd hoe Harry Mulisch ooit in het American Hotel zijn naam zou hebben laten omroepen teneinde zich te onderscheiden van de massa. Zou de overlevingskracht van deze anekdote iets te maken hebben met een Hollandse obsessie voor het thema van dit maaiveldverhaal?
(SP)