Schuld en onschuld

Het nieuwe zorgstelsel is nog geen twee weken oud of het afwentelen is al begonnen.

DEN HAAG – Aan de vooravond van de invoering van de nieuwe zorgverzekeringswet zijn veel beloftes gedaan. Het zou absoluut geen chaos worden, voorspelde minister Hoogervorst. Hij was zo zeker van zijn zaak dat hij zijn politieke positie eraan durfde te verbinden. De angst van de oppositiepartijen dat er een grote groep onverzekerden zou ontstaan, wuifde hij weg: «Dat is allemaal goed geregeld.» De zorgverzekeraars presenteerden daarom eind vorig jaar hun nominale premies, die allemaal ongeveer even hoog waren en bovendien iets lager uitvielen dan was voorspeld. Ook zij hadden behoefte aan rust.

Maar de wet is amper twee weken oud of het grote afdekken en duiken is al begonnen. De eerste tegenvaller voor Hoogervorst komt uit onverwachte hoek: tienduizenden expats morrelen aan de poort. Voor hen vallen de nieuwe premies te hoog uit ten opzichte van de zorg die ze in het buitenland krijgen. Nederlanders in de Europese Unie hebben alleen nog recht op het ziekenfondspakket van het land waar zij wonen. De minister wijst met zijn vinger naar Brussel en beroept zich op Europese wetgeving. Daarmee duikt hij in een juridisch niet eenduidig gat. Tegelijkertijd blijkt dat de zorgtoeslag voor minder vermogende burgers inderdaad al tijdens de feestdagen deels is opgegaan. Wat is voorspeld, kan nu gaan gebeuren: over drie maanden kunnen velen hun premie niet betalen en die moeten volgens voorzitter Wiegel van de zorgverzekeraars dan uit de verzekering kunnen worden gegooid.

Intussen hebben dezelfde verzekeraars een prijzenslag om de consument ontketend. Volgens een woordvoerder van Zilveren Kruis/Achmea zijn zij «aan de winnende hand», het gevolg van megacontracten met grote bedrijven. Die oorlog is zonder gevolgen. Uit een enquête van bureau Marktrespons blijkt dat «ruim veertig procent van de consumenten zich oriënteert op een andere verzekeraar». De administratieve verwerking daarvan, waarbij de hoogte van de premie doorslaggevend is, zal niet zonder slag of stoot gaan. Voor de lage premies en het binnenhalen van nieuwe klanten (reclame) boren de verzekeraars hun financiële reserves aan. Maar deze aderlating moet wel terugverdiend worden. Na de prijzenslag begint vanaf 1 januari 2007 de premieverhoging. En er zal worden geknibbeld op voorzieningen.

MARGREET FOGTELOO

Vondstenaar

met hamer

Het is weer gelukt. Bijna negentig jaar na de onthulling heeft het meesterstuk Fontaine van Marcel Duchamp opnieuw de wereldmedia gehaald.

AMSTERDAM – Vorige week woensdag, op een van de laatste dagen van een Dada-tentoonstelling in Centre Pompidou, verscheen de kunstenaar Pierre Pinoncelli voor de beroemde pisbak, trok een hamertje uit zijn zak en gaf er een paar klappen op voor hij door de suppoosten werd overmeesterd. Niets onherstelbaars. Er zijn alleen een paar schilfers af geslagen. De International Herald Tribune opende met het nieuws.

De nu 77-jarige Pinoncelli blijkt recidivist te zijn. In 1993 heeft hij op een expositie in Nîmes ook al eens de hamer tegen dit werk gebruikt en er bovendien een plas in gedaan. Daarvoor heeft hij toen een maand in de gevangenis gezeten en het equivalent van 35.000 euro boete moeten betalen. Hij beschouwt zichzelf als een performancekunstenaar en specialiseert zich in dit soort happenings.

Hij is de enige niet. De nieuwste kunstgeschiedenis is bezaaid met artiesten die geprobeerd hebben zichzelf onvergetelijkheid te bezorgen door hun persoonlijke stempel op andermans kunstwerk te drukken. Duchamp zelf met een snor op de Mona Lisa. Waarschijnlijk lopen er op dit ogenblik, mede geïnspireerd door Pinoncelli, tientallen kunstenaars rond met het plan hier of daar een meesterwerk te molesteren. Want als iets duidelijk is, dan is dat wel dat de publiciteit om dergelijke aanvallen aanstekelijk werkt.

Duchamp heeft zijn Fontaine gemaakt in 1917, door het ding te signeren met R. Mutt en er het jaartal aan toe te voegen. Het werk werd door de Society of Independent Artists in New York geweigerd en is daarna verloren gegaan. Als we nu een pisbak met R. Mutt 1917 zien, is dat een replica. Doet het ter zake? Volstrekt niet. Het ding is nog even revolutionair als het oorspronkelijke 89 jaar geleden. Als de wereld over elf jaar het honderd jarige bestaan van de pot viert, zal dat met evenveel plechtigheden, ruzies, discussies gepaard gaan als altijd. Is de Fontaine kunst? zullen ze weer vragen. Dat is een vraag waarop het antwoord niet ter zake doet. Kunst is wat als kunst bedoeld is, zei Piet Grijs. Daar moeten we het mee doen.

Duchamp hoort tot de meest geplagieerde kunstenaars aller tijden, met dit verschil dat hij niet valt na te doen. Hij heeft school gemaakt. Maar de meeste van zijn leerlingen zijn geen kunstenaars maar vondstenaars. Met Pinoncelli is dat ook het geval. Maar leg dat zo’n man eens uit. Duchamp heeft veel slachtoffers gemaakt. Die horen tot zijn kunst.

H.J.A. HOFLAND

Ongeneeslijk verdriet

Topman Theo Bouwman van PCM is moederziel alleen. Zelfs zijn ondergeschikten komen niet meer naar hem luisteren.

AMSTERDAM – Vorige week dinsdag zou Theo Bouwman, bestuursvoorzitter van het Brits-Nederlandse uitgeversconcern PCM, in de Rotterdamse vestiging een nieuwjaarsrede houden voor het niet-journalistieke personeel. Nog geen veertig medewerkers – volgens sommige bronnen minder dan dertig – zaten bij het atrium aan de Alexanderpolder te wachten om de dagorders voor 2006 in ontvangst te nemen. Hoewel de toch dramatische oplagedaling van de grote dagbladen volgens verwachting verloopt – althans dat zei Bouwman vorige week voor het Journaal toen de slachting bij vooral het Algemeen Dagblad bekend werd – was een opkomst van één procent van het totale personeelsbestand van PCM hem te gortig. Hij zag het zooitje zitten en maakte rechtsomkeert naar Amsterdam.

Bouwman kon weinig anders. Er is niemand meer beschikbaar om het vuile werk te doen. Sinds de investeringsmaatschappij Apax zeggenschap heeft over meer dan vijftig procent van de aandelen van PCM en het concern niet meer Rijnlands «collegiaal» maar Angelsaksisch hiërarchisch door een chief executive officer wordt geleid, is de raad van bestuur leeggelopen. Eerst ging Cees Vis terug naar de publieke omroep, een stap van de wal in de sloot, maar voor hem als oud-chef van de Ster wel bekend terrein. Daarna stapte Ben Knapen op om terug te keren bij NRC Handelsblad. Vervolgens bleek Anthony Zoomers toe aan «nieuwe perspectieven». De enige die de leiding kwam versterken, is Bert Groenewegen. Hij mag zich sinds vorige jaar chief financial officer noemen, een nieuwe titel in het bedrijf.

Die exclusieve machtspositie van Bouwman lijkt leuk. Hoe minder managers vergaderen, des te effectiever kunnen ze leiding geven, is de redenering. Maar zo simpel is het niet. Bouwman kan weliswaar schaken met zijn medewerkers, als die tenminste geen verstek laten gaan zoals vorige week, maar ondertussen wordt er ook met hem geschaakt. Namelijk door commissaris Stephen Grabiner, die namens Apax een dag per week mee bestuurt. Een voorbeeld. Zo zei Bouwman, die zijn hoop nu vestigt op audiovisuele media, deze week voor BNR Nieuwsradio dat PCM geen plannen meer heeft voor een zondagskrant. Een hoogwaardig bedoeld concept sneefde vorige jaar. Grabiner op zijn beurt ziet het juist heel anders, zei hij begin december in een interview met de Volkskrant. «Een zondagskrant op dat niveau hebben we niet nodig. Ik vind het teleurstellend dat de bedrijfsleiding er nog niet in is geslaagd een zondagskrant te ontwikkelen waar wij in geloven.» De zaterdageditie van de Volkskrant is volgens hem zelfs naatje pet. «Daarin hebben wij flink geïnvesteerd. En wat levert het op? Niets!»

Omdat de Britten hun aandelen straks met winst willen verkopen – en de rendementen, die nu dalen, dus omhoog moeten – is PCM een schaakbord geworden, waarop Bouwman een loper is. Dat stemt ook hem soms vreemd te moede. Zijn kerstcolumn in het personeelsblad Enter sprak boekdelen, althans voor de lezer die mededogen kan opbrengen met de eenzaamheid van een top manager. «Mijn ouders waren niet rijk en de tijden waren sober in het rijk van Willem Drees, dus de cadeautjes met sinterklaas waren klein en bovenal nuttig. Het leukste van de decembermaand was het maken van verlanglijstjes en het dromen over de niet erg waarschijnlijke vervulling daarvan», schreef hij.

Het rijtje wensen was nog overzichtelijk. «Dat onze advertentieverkopers, pardon accountmanagers, de tweehonderd belangrijkste klanten een ‹offer they can’t refuse› voorleggen. (…) Dat we kranten maken, die historie schrijven. (…) Dat alle 3500 medewerkers van PCM en AD Nieuwsmedia elke dag proberen hun beste dag tot dusver te verbeteren. Er is geen vergeving voor slordig presteren.»

Maar de uitsmijter was een orakel. «J.C. Bloem was een alcoholist en de grootste dichter van de vorige eeuw in het Nederlands en laten we maar een zin van hem gebruiken: ‹Is er een verdriet waarvan men nooit geneest?›»

Haalt Bouwman 2007?

HUBERT SMEETS

Mozart

De Oostenrijkse tv heeft eindelijk de vraag beantwoord of de schedel die twee eeuwen lang voor die van Mozart werd aangezien ook daadwerkelijk van Mozart is: ja. Of toch niet?

AMSTERDAM – Wolfgang Amadeus Mozart stierf in 1791, berooid en eenzaam, en werd in een naamloos graf begraven. Toen tien jaar later Jozef Rothmayer beweerde Mozarts schedel te hebben opgegraven, begon een mysterie dat nog twee eeuwen zou duren. Rothmayer was een voormalige Weense doodgraver en zou weten in welk graf het lichaam van de componist zou zijn gestort. De schedel kwam terecht bij de nabestaanden, die hem uiteindelijk aan de Mozart Stichting in Salzburg overhandigden. Tot 1940 werd de schedel tentoongesteld. Maar altijd bleven er vraagtekens rond de authenticiteit.

Sindsdien heeft de wetenschap een enorme sprong gemaakt en kan men aan de hand van DNA-onderzoeken vaststellen of de schedel echt is of niet. Aldus geschiedde. Een team onderzoekers kreeg eind 2004 toestemming uit de familietombe twee skeletten op te graven – die van Mozarts grootmoeder en die van zijn nichtje – om DNA te vergelijken met dat van de schedel.

Stukken van het gebit werden afgebroken en voor onderzoek naar de VS gevlogen. De schedel van Salzburg moest naar het laboratorium in Innsbruck vervoerd worden, wat een hele klus bleek omdat niemand de schedel durfde te verzekeren. Maar uiteindelijk was er eind 2005 een uitslag. Die werd nog even geheim gehouden, in afwachting van Mozartjaar 2006, maar afgelopen zondag ostentatief aan het volk gepresenteerd. Antwoord: we weten het niet.

Nu hebben de spannendste raadsels altijd een open einde, maar deze ontknoping smaakt toch bitter. Het DNA komt niet overeen met dat van het nichtje en de grootmoeder. Normaal gesproken zou dit betekenen dat de schedel definitief niet van Mozart geweest kan zijn, ware het niet dat het DNA van zijn nichtje en zijn grootmoeder ook niet over een komen. Dit kan betekenen dat of de schedel een tweehonderd jaar oude nepperd is, of dat de schedel wel echt is, maar dat de zogenaamde familieleden dat niet zijn. Meer onderzoek volgt.

JOOST DE VRIES

Schot on the rocks

Wat drankgebruik betreft zijn Britse politici ware volksvertegenwoordigers.

LONDEN – Vier jaar geleden stelde Newsnight-presentator Jeremy Paxman aan Charles Kennedy de vraag: «Steekt het u dat iedere politicus die we tijdens de voor bereiding van dit interview hebben gesproken, hetzelfde zegt: ‹Je gaat Charles Kennedy inter viewen? Ik hoop dat-ie nuchter is›?»

Dat Kennedy, de afgelopen weekend afgetreden leider van de Liberaal-democraten, een alcoholprobleem had, was het slechtst bewaarde geheim van West minster. Tot voor kort heeft de Schotse politicus zijn liefdes relatie met de fles niet willen toegeven. Zijn incoherente presentatie van zijn belastingplannen tijdens de afgelopen verkiezingscampagne werd bijvoorbeeld geweten aan de geboorte van zijn zoontje, zeven uur eerder, en de onbegrijpelijkheid van de materie. In werkelijkheid had hij de kruik danig aangesproken. Kiezers kozen hem steevast als de politicus met wie ze wel een biertje zouden willen drinken.

Dat drankgebruik, binnen zekere grenzen, niet slecht ligt bij de kiezers besefte ook William Hague. Om van en wijsneuzerig imago af te komen, verklaarde de voormalige leider van de Conservatieve Partij in 2000 dat hij als jongeman eens veertien pints op een dag had gedronken. Ondanks deze bravoure en zijn biografie over William Pitt jr. (goed voor drie flessen port per dag) is hij nooit volwaardig lid geworden van een bijzondere herenclub: die van de drinkende volksvertegenwoordigers.

Deze heeft binnen de parlementsgebouwen de beschikking over een ruim assortiment aan barretjes waar, zolang de debatten duren, sterk gesubsidieerde dranken worden geserveerd. Voor kamerleden biedt dit de mogelijkheid om voor een optreden even een ale te pakken. Het is alleen de minister van Financiën bij de presentatie van diens begroting toegestaan om in de vergaderzaal te drinken.

Het enige kamerlid dat aangeschoten een toespraak heeft gehouden, was Alan Clark. Op een zomeravond van 1983 galop peerde deze Conservatieve staatssecretaris voor Werkgelegenheid door zijn onleesbare ambte narentekst heen, alinea’s of hele pagina’s overslaand. «Some of the House got the point, enjoyed what I was doing», noteerde hij in zijn dagboeken. Het Labour-kamerlid Clare Short zag de humor er echter niet van in en beschuldigde Alan Clark van dronkenschap, hetgeen verboden is, dat beschuldigen.

De geheelonthouders van New Labour hebben geprobeerd het parlementaire drankgelag te beperken, zoals bijvoorbeeld door het introduceren van kantoortijden en Schots mineraal water. Het failliet van dit puritanisme werd onlangs bezegeld met de arrestatie van een bezopen parlementariër.

PATRICK VAN IJZENDOORN

Verplicht zwemmen

Moslims krijgen in Baden-Württemberg alleen een paspoort als ze verklaren dat ze hun vrouw niet slaan, homoseksuele zonen niet onteren en hun dochter naar zwemles sturen.

BERLIJN – Sinds begin dit jaar gelden in Baden-Württemberg strengere regels voor de inburgering van moslims. Als de immigratiedienst van deze deelstaat twijfelt of de paspoortaanvrager de Duitse grondwet wel aanvaardt, wordt een moslimtest toegepast. In deze «gespreksleidraad» staan een aantal ethische vragen die zouden illustreren of de moslim in kwestie de in Duitsland geldende normen en waarden accepteert. «Moet de vrouw haar man gehoorzamen en mag hij haar anders slaan?» Ook kunnen ze onderzoeken of de moslim, die Duitser wil worden, de joden verantwoordelijk houdt voor 9/11 in New York en of die een westers geklede dochter aanvaardt.

Foutieve antwoorden kunnen nog jaren later leiden tot het verliezen van het felbegeerde identiteitsdocument. De vragen worden alleen voorgelegd aan moslims. Joden, christenen of atheïsten hoeven geen test te doen. «Wij hebben de ervaring dat vooral mensen uit islamitische landen problemen hebben om gelijk tijdig de koran met onze grondwet te verenigen», aldus deelstaatwoordvoerster Alice Loyson- Siemering desgevraagd.

Islamitische organisaties, ook seculiere, spreken van «illegale gewetensvragen». Ze willen de immigratieminister Heribert Rech van de CDU voor het Grondwettelijk Hof in Karlsruhe dagen en roepen hun leden op om de omstreden vragen niet te beantwoorden. Volgens artikel 4 van de Duitse grondwet is discriminatie op basis van het geloof onwettig. Maar Rech vindt de speciale behandeling van de moslims gerechtvaardigd.

Hij baseert dat op onderzoek van het Zentralinstitut Islam Archiv en op alarmerende berichten over de behandeling van moslimvrouwen. Duizenden vrouwen zouden volgens hem in de Bondsrepubliek «slaven» zijn. De christen-democraat vermoedt dat twintig procent van de moslims de grondwet «tegen de eigen overtuiging aanvaardt».

Ook zijn liberale collega van Jusititie in Baden-Württemberg, minister Ulrich Goll (FDP), is het daarmee eens: «De test is een bescherming tegen Parallelgesellschaften».

ROB SAVELBERG