Vraag niet waarom, maar ik was de eerste paar uur zendtijd van Ongehoord Nederland aan het terugkijken. Meestal als ik Arnold Karskens zie is het eerste waaraan ik denk dat tv-fragment waarin hij een zelfgeschreven erotisch verhaal voorleest. Soms is het de zin ‘een moment later pakte hij haar van achteren bij de borsten, haar tepels voelden hard aan, als gedroogde krenten’ die zich het snelst een weg naar mijn bewustzijn baant. Op minder gelukkige momenten hoor ik in mijn hoofd: ‘Ze spreidde haar benen uitnodigend uit elkaar, ze toonde een dikke bos Javaanse Jongens.’ Maar als ik zo dom ben om het fragment terug te kijken, dan zijn het telkens weer de laatste woorden die het langst blijven naijlen: ‘Hij was het die haar nam, ze moest niet zo’n grote bek hebben, die lelijke hoer.’

Deze keer ging het anders. Deze keer zag ik hem zitten in de studio van Ongehoord nieuws – trots, misschien ook wat nerveus – en hoorde ik hoe hij telkens weer hetzelfde punt maakte: dat Rusland nu eenmaal een wereldmacht is, net als China en de VS, en dat wereldmachten nu eenmaal graag een beetje een buffer hebben tussen zichzelf en de rest van de wereld, en dat wanneer zo’n buffer in gevaar komt, er verschrikkelijke dingen kunnen gebeuren – dat we ‘geopolitiek moesten denken’. Deze keer keek ik naar hem en dacht ik opeens even aan Susan Sontag.

Preciezer: ik dacht aan het korte commentaar dat ze een paar dagen na elf september inleverde bij The New Yorker. Drie alinea’s waarin ze nietsontziend een narratief dat nog maar amper vorm had gekregen wist te fileren. Dat het een laffe aanslag op de beschaving, op de vrije wereld of zelfs de hele mensheid zou zijn geweest, in plaats van op een zelfverklaarde supermacht.

Sontag had geen goed woord over voor de ‘eensgezinde schijnheiligheid en de verhullende retoriek’ van de overheid en het commentariaat, ze vond het een democratie onwaardig. Laat ons vooral samen rouwen, schreef ze, maar laat ons alsjeblieft niet samen stompzinnig zijn. ‘A few shreds of historical awareness might help us understand what has just happened, and what may continue to happen.’

Sontags nuchterheid werd haar niet in dank afgenomen, het maakte haar in bepaalde kringen tot een paria – if you’re not with us, you’re against us, was immers het devies.

Het was niet dat ik Arnold Karskens op een vergelijkbare tegenwoordigheid van geest had kunnen betrappen. Er kwam weinig zinnigs over zijn lippen, en zeker geen kritisch woord over de grote verantwoordelijke voor al het gruwelijks wat er op dit moment gebeurt. Nee, het was volgens hem allemaal te wijten aan de egotripperij van Joe Biden en Boris Johnson.

Het was volgens Karskens allemaal te wijten aan de egotripperij van Biden en Johnson

‘Dus Rusland zal nooit van plan zijn om een grote invasie te beginnen in Oekraïne, wel in de buffer, want ze vinden dat ze daar recht op hebben, maar een grote oorlog zullen ze nooit beginnen’, zei Karskens – vlak voordat de uitzending werd onderbroken voor een extra lang Journaal over… Nou ja, dat wat al snel de opmaat zou blijken voor een grote invasie van Rusland in Oekraïne.

Misschien was het simpelweg dat ik deze ochtend meer dan eens had gesnakt naar iets als de verhelderende en onsentimentele scherpte van Sontag – en dat ik dat pas goed besefte toen ik het met Omroep ON bleek te moeten doen? Misschien was het dat Karskens’ totaal geperverteerde realisme gek genoeg toch op een vergelijkbare manier schril afstak tegen de brede consensus die elders vorm kreeg? Of was het dat in de reacties op Omroep ON, dat toevalligerwijs op dit absurde moment haar entree maakte op de Nederlandse televisie, datzelfde sentiment, als je niet met ons bent ben je tegen ons, opeens de boventoon leek te voeren?

Ik zag hoe in een volgende uitzending Thierry Baudet aanschoof en hoe ook hij het conflict volledig weet aan westerse expansiedrift. Dat Poetin zich in feite juist steevast mild had betoond maar dat hij telkens weer in het nauw was gedreven.

Het was inderdaad onmogelijk om dit nog als een verwrongen poging tot zelfreflectie te zien, om niet te zien dat deze mensen welbewust partij kozen en dat ze niet eens wilden veinzen aan dezelfde kant te staan als de rest van ons.

Toch wrong er iets. Het voelde net wat te makkelijk. Het kwam net te goed uit. Het maakte het net iets te eenvoudig om het allemaal als wezensvreemd te beschouwen. Om te denken: zie je wel, toch gewoon een vijfde colonne.

Maar na een handvol uitzendingen te hebben gekeken was het een ander gevoel waarmee ik achterbleef. De halve waarheden en hele leugens, de schaamteloze vooringenomenheid en de nergens onder stoelen of banken gestoken vreemdelingenhaat, het was allemaal zo verschrikkelijk herkenbaar. Het was zo duidelijk een logisch resultaat van twintig jaar onvermogen in de omgang met rechts-radicalisme, van het sans gêne meedeinen van het midden. Wat Omroep ON naar de publieke omroep brengt is niet simpelweg vijandelijke propaganda. Wat het onze huiskamers in pompt is alles wat al twee decennia ruim vertegenwoordigd is in de Tweede Kamer. Het is ons racisme en onze vreemdelingenhaat. Het is onze bereidheid te accepteren dat de waarheid geweld wordt aangedaan en het is ons cynisme. Omroep ON is onze gekte, niet die van een vreemde dictator. En dat het zover heeft kunnen komen is nergens anders aan te wijten dan aan onze lafhartigheid.