23 januari, Donald Trump tekent decreten in de Oval Office © Ron Sachs / CNP / AdMedia / SIPA / HH

Op 5 december, een maand nadat Donald Trump tegen de verwachting tot president van de Verenigde Staten was gekozen, deed Timothy Snyder een klemmend beroep op zijn studenten. Pas op. Europa heeft eerder op het punt gestaan waarop Amerika zich nu lijkt te bevinden: een periode van globalisering, liberalisering en voorspoed die vrij abrupt tot een einde komt. Wat destijds volgde was een steeds verdere afdaling in de chaos. ‘In de jaren dertig dachten Europeanen ook vaak dat het niet erger kon worden. Totdat het wel erger werd’, aldus Snyder in zijn lezing What Can European History Teach Us About Trump’s America, die breed werd gedeeld via sociale media. Kijk het terug. Een indringender waarschuwing dat Amerika onder Trump kan ontsporen, zul je niet snel vinden.

Timothy Snyder is bij uitstek de persoon om de vergelijking met de jaren dertig te trekken. Hij is een vooraanstaand historicus, gespecialiseerd in deze periode en in de Tweede Wereldoorlog. Snyder richt zich daarbij vooral op Oost-Europa en Oekraïne, ‘Bloedlanden’ zoals de titel van zijn veelbesproken boek uit 2005 luidt. Daar woedden de massamoorden door Hitler en Stalin op zijn hevigst, precies omdat daar de bestaande structuren van de staat met een rechtsorde volledig verdwenen. Dat is het punt waar Snyder keer op keer aandacht voor vraagt: robuuste instituties zijn het enige wat mensen behoedt voor barbarij.

Snyder behoort daarmee tot het soort historicus dat er zonder meer van overtuigd is dat een volk dat zijn geschiedenis niet kent, gedoemd is die te herhalen. Zijn laatste boek Black Earth: The Holocaust as History and Warning, waarin hij Hitlers expansiedrift vanuit ecologisch perspectief beschouwt, als een strijd om bestaansmiddelen, is daar een getuigenis van. ‘We leven op dezelfde planeet als Hitler en hebben deels dezelfde zorgen. We zijn minder veranderd dan we denken. We houden van onze leefomgeving, we fantaseren over het verwoesten van regeringen, we denigreren de wetenschap, we hebben nachtmerries over rampen’, schreef Snyder.

Tegelijk is de toekomst altijd open, benadrukte Snyder in zijn lezing. Hoed je dus voor machthebbers die anders beweren. Of dat nu progressieven zijn die verkondigen dat de hele wereld één grote liberale democratie wordt of populisten die roepen dat zij en zij alleen vertegenwoordigen wat het volk wil. En dus hoeft de huidige golf van antiglobalisering niet om te slaan naar verval en uiteindelijk geweld, zoals dat in de jaren dertig gebeurde. Maar let op de waarschuwingssignalen, aldus Snyder: staten die door één enkele partij worden geregeerd, het loslaten van het geweldsmonopolie van de staat en, bovenal, het plotselinge noodgeval dat wordt aangegrepen om de uitzonderingstoestand af te kondigen. In Duitsland in de jaren dertig waren de verkiezingswinst van de nazipartij, het ontstaan van de SA en de brand in de Rijksdag voortekenen. ‘Het begint vaak met taal’, zei Snyder. ‘Let op bij het woord terrorisme. Natuurlijk bestaat dat gevaar, maar ieder autoritair regime in de geschiedenis heeft het constant over de dreiging van terrorisme.’

‘Ik kan er natuurlijk naast zitten met mijn sombere vergelijkingen’, zegt Snyder als ik hem spreek tijdens een bezoek aan Amsterdam, waar hij onlangs de jaarlijkse Auschwitz-lezing hield. Het is duidelijk dat hij zichzelf moet overtuigen om dit te geloven. Snyder concludeert dat Amerika onderdeel is van een dominante trend. ‘Op een heel direct niveau sluiten de Verenigde Staten zich aan bij een wereldwijde beweging richting populistisch rechts. Meer in het algemeen doet het land mee aan een opstand tegen internationale regels. Er zijn twee antwoorden op globalisering. Je kunt zeggen “laten we mondiale afspraken maken, over handel, over politiek. Misschien zijn ze imperfect, maar we hebben ze wel nodig.” Het alternatief is beweren dat de regels zijn opgesteld door vijanden om jouw land dwars te zitten en dat je eigenbelang moet nastreven. Dat is waar Amerika nu voor kiest.’

Is amerika op weg een illiberale democratie te worden?

‘Volgens mij zijn we dat punt al voorbij. Het is een aardige term, “illiberale democratie”, maar je merkt dat wanneer liberalisme verdwijnt, democratie al snel begint te lijden. Je ziet het aan Rusland: daar zijn verkiezingen, maar puur als ritueel om bestaande macht te legitimeren en om aan de buitenwereld te laten zien dat ze aan democratie doen. Wat betreft Trump: we hebben geen enkele reden om aan te nemen dat hij een democraat is. Hij gebruikt het woord niet eens, en dat is opvallend, want alle Amerikaanse politici doen dat. Het woord vrijheid gebruikt hij enkel in negatieve zin, “vrijheid van” maar niet in de zin van liberty.’

Hij is wel democratisch verkozen.

‘Dat is het enige positieve punt. Het laat zien dat onze instituties, onze gemankeerde instituties, tot op zekere hoogte werken. Dat Trump president is, bewijst dat er geen samenzwering van de elite bestaat. Anders zat hij nu niet in het Witte Huis. Het kiesstelsel is dus niet vervalst, maar is nu wel in gevaar. Trump heeft nooit enig respect getoond voor het democratisch systeem. Hij heeft gezegd de verkiezingsresultaten te zullen aanvechten als er iemand anders dan hij gewonnen zou hebben. Ik verwacht niet dat hij de democratie zal beschermen. Veel Amerikanen denken: we lossen dit wel op in 2018 wanneer er midterm-verkiezingen zijn en de Republikeinse meerderheid gebroken kan worden. Ik maak me zorgen of we wel verkiezingen zullen hebben in 2018. Als de regering-Trump zich in het nauw gedreven voelt, en dat gaat gebeuren, kan ze zomaar denken: waarom zullen we het risico nemen?’

© Ine Gundersveen
‘Dat Trump president is, bewijst dat er geen samenzwering van de elite bestaat’

Zowel in de VS als in Europa zijn politici die de aanval openen op de liberale democratie populair. Blijkbaar hechten mensen niet al te zeer aan dat systeem.

‘Ik vrees dat dat altijd meer waar is geweest dan we dachten. Maar er is ook een generationele verschuiving. Er is geen ervaring meer om de huidige mee te vergelijken. Bijna niemand die nu van daadwerkelijke invloed is, kan zich herinneren hoe de instituties uiteenvielen in de jaren dertig. Jongeren beseffen niet dat een veilige orde niet zomaar vanzelf werkt. Onze instituties zijn zo succesvol geworden dat ze zijn gaan voelen als zwaartekracht. Niemand heeft het voorstellingsvermogen om te bedenken wat het betekent de ruimte in te zweven. En met ruimte bedoel ik: fascisme. Het is levensgevaarlijk om ervan uit te gaan dat er geen alternatief kan bestaan voor de huidige wereldorde. Dat is er namelijk wel, en het is aanzienlijk minder prettig.’

Er bestaat geen alternatief, the end of history, liberale democratie trekt hoe dan ook aan het langste eind. Die boodschap hebben we lange tijd te horen gekregen.

‘Dat is de vergissing die de elite heeft gemaakt. Het idee dat de geschiedenis tot een eind was gekomen heeft ons moreel om zeep geholpen. Wie het einde van de geschiedenis denkt te kennen, hoeft het verleden niet meer te bestuderen. Herinnering is niet blijvend, en dus heb je geschiedschrijving nodig. Ik verbaas me over het gebrek aan historisch voorstellingsvermogen in Europa. Er is geen gedeelde geschiedenis van de ineenstorting van de jaren dertig, waar jullie allemaal onderdeel van waren.’

Toch is dat het verhaal waarmee Europa wordt verkocht. Dankzij de EU leven we al zeventig jaar in onderlinge vrede. Dat lijkt me getuigen van historisch besef.

‘Ja, er is interesse in geschiedenis, maar veel minder in een gedeeld verleden. Ik zie niet de overtuiging dat iedere crisis een gedeelde crisis is. Dat is wat de jaren dertig leren: fascisme was een internationaal fenomeen, net als de economische depressie, net als protectionisme, net als oorlog. Maar de lezing van deze gebeurtenissen is nog steeds overwegend nationaal. Er is geen Europees curriculum waarbij iedereen, zeg, op twaalfjarige leeftijd dezelfde geschiedenisles krijgt. Je ziet dit ook terug in de politiek: Nederlanders klagen over Europese samenwerking vanuit het idee dat er een natiestaat is die het prima af kan zonder Europa. De Engelsen stemmen voor Brexit met datzelfde idee in het achterhoofd. Maar er is geen Groot-Brittannië. Er was een Brits imperium en al gauw daarna kwam de Europese gemeenschap. Nederland had een overzees rijk, raakte dat kwijt en ging daarna op in Europa. Polen was een natiestaat en werd verslagen door Duitsland dat twee wereldoorlogen begon omdat het een groot rijk wilde zijn. Dat is de grote intellectuele vergissing: er is geen succesvolle geschiedenis van Europese natiestaten waar je naar terug kunt keren. Of ze bestonden niet, of ze waren een ramp. Velen denken dat Europa een soort jas is die je uit kunt trekken, waarna je je beter voelt. Maar er zit niets onder die jas.’

Maar wie belooft de natie weer soeverein te maken, kan op een hoop bijval rekenen.

‘Dat is het probleem. Er is geen “weer”. Toen het Britse parlement soeverein was, was het soeverein over India, waar het grootste deel van de welvaart vandaan kwam. We leven nu in een compleet andere tijd. Jullie zijn zo rijk omdat de EU een grote handelszone is, die in feite het substituut vormt voor een koloniaal rijk. Eerst maakten de koloniën Europa rijk en daarna was Europese integratie de manier om rijk te blijven in de postkoloniale wereld. Dat is een blinde vlek, en die maakt me razend.’

Wat mij opvalt: Europa heeft de afgelopen halve eeuw een eigen weg afgelegd, net als de VS en Rusland. Toch lijkt het resultaat overal hetzelfde: de antiliberale politiek trekt aan het langste eind.

‘Volgens mij is er een oorzakelijk verband. Rusland arriveerde eerst op een punt zonder wezenlijke rechtsorde, met weinig onderling vertrouwen en een matig welvaartsniveau. Ruslands manier om daarmee om te gaan is: zorgen dat iedereen zo wordt. Daarom wordt er actief propaganda verspreid, daarom steunt Rusland rechtse partijen in Europa. Het doel is onderling vertrouwen en vertrouwen in de instituties te ondermijnen. Als mensen gaan twijfelen beginnen de instituties vanzelf te wankelen, omdat ze steunen op vertrouwen. Er zijn dus niet drie onafhankelijke trajecten. Rusland was de eerste en helpt de rest nu op weg.’

Rusland is politiek het toonaangevende land?

‘Als het gaat om een systeem van ondemocratisch, disfunctioneel autoritarisme, dan ja. Er heeft een kentering plaatsgevonden. Eerst volgde het Oosten het Westen, nu is het andersom. Ik zeg niet dat het zo door hoeft te gaan, maar dat is wat er nu gebeurt. Je ziet het ook aan de omgang met de werkelijkheid, een wereld die je empirisch kunt benaderen. Ook dat is een afspraak waar de wereld zich in toenemende mate tegen keert. Rusland is in een vergevorderd stadium wat dat betreft. Het is een staat gebaseerd op het constant ontkennen van een empirische werkelijkheid. De aanval op de waarheid bepaalde ook deels het Amerikaanse verkiezingsresultaat. Mensen nemen veel informatie tot zich die niet waar is en die ook bedoeld is onwaar te zijn. Veel kiezers hebben een tijd lang te horen gekregen dat de democratie nep is, dat je stem toch niet telt. Dat gevoel speelde bij de Brexit en bij de Amerikaanse verkiezingen. Vervolgens blijkt hun stem wel degelijk de wereld te veranderen.’

‘Velen denken dat Europa een jas is die je uit kunt trekken. Maar er zit niets onder die jas’

in een poging de strijd aan te binden met wat Snyder de ‘anti-truth people’ noemt schreef hij een pamflet dat eind deze maand verschijnt: On Tyranny: Twenty Lessons from the Twentieth Century. De lijst met lessen die Snyder in gedachten heeft circuleert al breed op internet, als ware het een soort manifest van een liberaal-democratische fight club. Regel 1 is een oproep tot verzet: gehoorzaam niet automatisch. ‘Anticipatory obedience teaches authorities what is possible and accelerates unfreedom.’ Regel 8 is epistemologisch van aard en kan iedereen direct toepassen: blijf geloven in waarheid. Want zonder dat geloof is er geen basis om de macht te bekritiseren.

‘Ik vind dat wie wel in waarheid gelooft in de aanval moet gaan’, legt Snyder uit. ‘En ik zie dat gelukkig ook wel gebeuren. The New York Times spreekt consequent van “leugens” als het om Trump gaat. Dat deden ze eerst niet. Ik denk dat journalistiek weer edgy gaat worden, het wordt weer een dapper beroep. We hoeven het niet eens te zijn over wat de waarheid precies is, maar we kunnen niet zonder de overeenstemming dat we in een wereld leven waarin een verifieerbare waarheid bestaat. Zonder het vertrouwen daarin bestaat er geen vertrouwen tussen mensen. En zonder vertrouwen geen rechtsorde. Zonder rechtsorde geen liberale democratie en zonder liberale democratie geen welvaart, althans geen breed gedeelde welvaart. Dan krijg je een situatie zoals in Oekraïne of Rusland, waar rijkdom bestaat maar geen algemene voorspoed.’

Een journalist kan die boodschap in zijn werk ter harte nemen. Wat moet de rest doen?

‘Betaal voor die waarheid. We betalen voor ons openbaar vervoer, voor onze kleren, we moeten dus ook voor onze journalistiek betalen. Als je gratis wilt, krijg je troep. Denk na over welke berichten je digitaal deelt. Is dit een betrouwbaar verhaal? Mensen hebben meer invloed dan ze denken. Er staat veel op het spel. Jouw generatie gaat bepalend zijn.’

Iedere generatie is bepalend.

‘Nee. Sinds de jaren zestig jaren heeft in Europa en in de VS een aantal generaties gewoon heel veel geluk gehad en jullie ervan overtuigd dat alles hoe dan ook wel goed komt. Het spijt me het te moeten zeggen, maar dat geluk zullen jullie niet hebben.’

Iets anders wat de jaren-zestiggeneratie heeft meegegeven is een wantrouwen ten opzichte van autoriteit, machtsstructuren en instituties.

‘Kijk, de hele politieke ervaring van die generatie was er een van culturele rebellie in een stabiel systeem. De meeste mensen in het Westen leven met dat idee: dat de staat er gewoonweg is, dat wetten gewoonweg gelden en dat je tegen het systeem kunt schoppen wanneer iets je niet bevalt. Maar soms is dat niet het antwoord. Soms moet je verantwoordelijkheid nemen voor het systeem. Door te gaan stemmen, door je verkiesbaar te stellen. De veilige structuren van de staat kunnen zomaar verdwijnen, zoals dat vaker gebeurd is in de Europese geschiedenis. Dat is wat vergeten wordt. Jouw generatie is politiek een stuk kwetsbaarder dan de vorige.’

Vreest u oprecht de terugkeer van geweld?

‘Ja. Amerika heeft een president die oproept mensen naar buiten te gooien bij politieke bijeenkomsten. Hij insinueerde dat het een goede zaak was als Hillary Clinton vermoord zou worden. Hij spreekt gewelddadig, over mensen in het gezicht slaan. Dat is zorgelijk.’

Moet Europa de terugkeer van geweld vrezen?

‘Ja, maar op een langere termijn. Jullie slaapwandelen richting een einde van de Europese Unie. Er moet een vorm van Europese politiek bestaan. Ik zeg niet dat het de huidige vorm moet zijn, maar als deze vorm van Europese samenwerking klapt zonder dat er een alternatief wordt bedacht, dan kan het gewelddadig worden.’


Timothy Snyder sprak op 26 januari in De Balie over de teloorgang van de liberaal-democratische wereldorde. Kijk zijn lezing hier terug