
Op de zelfgemaakte foto staat een blauw krat, gevuld met elektronica en heel veel gele, rode en zwarte kabels. Sommigen noemen het een bom onder het systeem, al kan de inhoud niet ontploffen. De installatie is een zogeheten ‘miningrig’, legt eigenaar Bastiaan uit per e-mail – zo kan hij beter over zijn woorden nadenken dan over de telefoon. Een soort mijnwerkersuitrusting dus, maar dan niet voor onder de grond maar in een serverruimte met airconditioning. Door met veel rekenkracht een soort ingewikkelde puzzels op te lossen worden bitcoins en aanverwante ‘crypto-currencies’ geproduceerd. Dat heet ‘minen’ in jargon (zie kader).
De motieven van mensen als Bastiaan om hun tijd te steken in het opgraven van virtuele munten lopen wijd uiteen. Vanaf het begin was de anonieme bitcoin een geliefd middel om verdovende middelen te kopen, crimineel geld wit te wassen of andere schimmige transacties af te handelen. Afgelopen week nog arresteerden de Amerikaanse autoriteiten Charlie Shrem, een vooraanstaande ‘bitcoinista’. Hij wordt verdacht van betrokkenheid bij Silk Road, een inmiddels verboden online marktplaats voor drugs.
Een andere groep gebruikers wil gewoon snel rijk worden. Het afgelopen jaar verdubbelde de waarde van de bitcoin om de haverklap. Het verhaal gaat dat een inwoner van Jacksonville, Florida in 2010 twee pizza’s kocht voor tienduizend bitcoins. Dat was, afgezet tegen de huidige koers, een duur etentje. Op dit moment kost één bitcoin bijna zevenhonderd euro. De man heeft dus ruim drie miljoen euro per pizza betaald, ongetwijfeld het duurste fastfood ooit.
Geen wonder dat, net als bij de vroegere zoektocht naar goud, olie en andere waardevolle grondstoffen, de koorts hoog oploopt. De bitcoingekte heeft een ongekende technologische wedloop in gang gezet. De munt is namelijk zo ontworpen dat hoe meer rekenkracht je hebt, hoe groter de kans is dat je nieuwe bitcoins opgraaft. Om de haverklap worden nieuwe, snellere en duurdere chips ontwikkeld. De meeste uitsluitend met het doel bitcoins te minen.
In de hoop bitcoinmiljonair te worden, verkopen sommige mensen hun hele hebben en houden. Van de opbrengst schaffen ze apparatuur aan om bitcoins te winnen. Businessweek portretteerde onlangs een aantal van die avonturiers. Zoals Joel Flickinger, een 37-jarige programmeur. Zijn bescheiden huis met twee slaapkamers in de heuvels boven Oakland is volgepropt met computerinstallaties. Kosten: twintigduizend dollar. Plus een stroomrekening die de pan uit rijst. Of hij dat geld ooit kan terugverdienen, is zeer de vraag. De echte veelverdieners huren al gigantische, gekoelde opslagruimtes, afgeladen met rijen speciale bitcoincomputers.
En Bastiaan? Die houdt zich ver van deze bizarre race. Hij minet met zijn zelfgebouwde spullen een iets minder bekende variant van bitcoin die litecoin heet. ‘Bij Bitcoin zie je dat door de kosten van de apparatuur een centralisering optreedt in het minersbestand. “Alleen de één procent kan nog minen”, is daar een vaak gehoorde term’, legt hij uit, verwijzend naar de populaire terminologie van de Occupy-beweging. Voor hem gaat het om iets heel anders: ‘Wat mij vooral aantrekt in Bitcoin, tegenover de gevestigde financiële wereld, is de ongelooflijke transparantie. Iedereen kan elke transactie zien en volgen.’ Door zelf te minen, helpt hij dat systeem goed te functioneren. En houdt hij het monetaire alternatief levend.

‘Milton Friedman voorspelt de opkomst van Bitcoin in 1999!’ De titel bij een op YouTube geposte video blijkt niet uit de lucht gegrepen. ‘Ik denk dat het internet een van de voornaamste krachten gaat zijn om de rol van de overheid terug te dringen’, zegt de even befaamde als beruchte econoom van de Chicago School in het interviewfragment. ‘Het enige wat mist, maar spoedig ontwikkeld zal worden, is een betrouwbare elektronische munt.’
Het lijkt gek. Friedman, volgens linkse ideologen als Naomi Klein de architect van het neoliberalisme, privatiseringen en de afbraak van de verzorgingsstaat, als voordenker van de Bitcoin. Dat is moeilijk te rijmen met het alternatieve imago van de digitale munteenheid. Op verscheidene covers van Bitcoin Magazine prijkt het Guy Fawkes-masker, bekend van de film V for Vendetta, symbool van de hackers van Anonymous en Occupy. Of neem het stukje Europa waar je naar verluidt het makkelijkst en meest met bitcoins kunt betalen. Dat is de Berlijnse wijk Kreuzberg, thuishaven van autonomen, linkse Turken, groen stemmende yuppen en hipsters – maar toch echt niet van aanhangers van Milton Friedman.
Toch behoren ook zij tot het markante ideologische gezelschap dat de bitcoin heeft omarmd. In die virtuele community zijn mensen uit zowel de uiterst linkse als de rechtse hoek van het politieke spectrum terug te vinden. De aantrekkingskracht van de bitcoin voor sympathisanten van protestbewegingen als Occupy, WikiLeaks en Anonymous ligt in het anti-autoritaire karakter. Wie met de digitale munt betaalt, bespaart niet alleen transactiekosten. Hij of zij omzeilt ook het alziend oog van de staat en de banken. Het is een monetair stelsel van onderop. Open source en peer to peer. De verwachtingen zijn dan ook torenhoog. Illustratief is een artikel in Bitcoin Magazine, waarin gesproken wordt over de nieuwe digitale munteenheden als de ‘derde democratisering’. De eerste democratisering is in gang gezet door het internet. Om je stem te laten horen, heb je niet langer dure drukpersen, transport en verkooppunten nodig. Na de wereld van de communicatie volgde de tweede democratisering: die van de productiemiddelen. Met dank aan de 3D-printers die fabrieken overbodig zouden maken. En nu is dus ook het geld aan de beurt, lange tijd het exclusieve domein van banken en overheden. De conclusie: ‘Stap over op Bitcoin. Bevrijd je geld.’ Een andere aanhanger verwoordde het wat harder: ‘Bitcoin vernietigt de mogelijkheid van de overheid om te functioneren.’
Precies dat verklaart ook de interesse vanuit ultraliberaal rechts. Net zo goed als de linkse anarchisten staan de libertariërs van de Tea Party, de aanhangers van Ayn Rand en Ron Paul, de economische volgelingen van Friedrich Hayek en Milton Friedman te trappelen om de invloed van de staat, maar bovenal de gehate centrale banken terug te dringen.
Voor hen vertegenwoordigen de nieuwe cryptomunten dezelfde kwaliteiten als goud. Ook de bitcoin is ontworpen om schaars te zijn. In totaal kunnen er slechts 21 miljoen bitcoins gedolven worden, en dat op z’n vroegst rond 2140. Geen overheid of centrale bank die ooit kan besluiten om, ter bestrijding van de schuldenberg, de geldpers voor bitcoins aan te zetten. Dat maakt dat bitcoin-inflatie nauwelijks denkbaar is. Integendeel. Er komen steeds minder nieuwe bitcoins bij, terwijl de mogelijkheden om daarmee te betalen voor goederen en diensten toenemen. Tenzij de munt ineens uit de gratie raakt, zal ze voortdurend in waarde blijven stijgen.
Wat voor sommigen een droom is – geen inflatie maar deflatie! – staat voor anderen gelijk aan een nachtmerrie. Natuurlijk klinken er waarschuwingen vanuit de gevestigde instituties. De Europese Centrale Bank, De Nederlandsche Bank, commerciële banken: ze wijzen stuk voor stuk op de gevaren van de bitcoin, de razendsnel fluctuerende koers, de mogelijkheid dat het systeem gehackt wordt.
Maar de kritiek komt ook uit – voor systeemcritici – minder verdachte hoek. Zo schreef de linkse econoom Yanis Varoufakis vorig jaar over Bitcoin als een ‘gevaarlijke fantasie van apolitiek geld’. Varoufakis noemt het begrijpelijk dat mensen na de kredietcrisis ‘dromen van een munteenheid die politici, bankiers en centrale bankiers niet kunnen manipuleren; een munt van het volk door het volk voor het volk’. Maar uiteindelijk werkt dat niet. De chronische deflatie van de bitcoin zal de economie ruïneren. Als je geld morgen meer waard is, stellen consumenten bestedingen uit en wachten bedrijven met investeren. Zo’n krimpende economie klinkt misschien romantisch in tijden van klimaatverandering en wegwerpmaatschappij, maar voor de gevolgen van deflatie voor de ’99 procent’ hoef je maar naar de Grote Depressie van de jaren dertig te lijken. Of, actueler, naar het Griekenland van nu. In de woorden van de Britse sciencefictionschrijver Charles Stross: ‘Ons huidige mondiale systeem is behoorlijk klote, maar ik moet zeggen dat Bitcoin erger is.’
De Bitcoin-aanhangers van het eerste uur lijkt die bezwaren weinig te deren. Hoewel bitcoin.org ontkent dat de munt een deflatiebom is, wordt daaraan toegevoegd dat dreigen met deflatie ‘een populaire manier is onder centrale bankiers om inflatie te rechtvaardigen’. Ondertussen gaat de strijd door. De actiegroep Arisebitcoin huurde begin dit jaar veertig billboards aan de Amerikaanse westkust. ‘De revolutie is begonnen…’ luidde de tekst. ‘Waar sta jij?’
Ook Bastiaan ziet het deflatiegevaar niet zo. Aan het einde van de week stuurt hij een laatste mailtje. Een aanvulling op zijn eerdere uitleg: ‘Ik wou hier nog aan toevoegen dat ieder greintje macht dat we van banken kunnen wegpakken over onze eigen financiën een stap in de juiste richting is.’
Hoe werkt Bitcoin?
De bedenker van het systeem Bitcoin luistert naar de naam Satoshi Nakamoto. Welk individu of hackerscollectief daarachter schuil gaat, blijft tot op de dag vandaag een mysterie. Nakamoto zette zijn ideeën over hoe een cryptomunt kan werken, zónder mogelijke fraude, in 2009 uiteen in een document.
Bitcoin is een vorm van elektronisch geld waarmee kan worden gehandeld via een netwerk dat draaiende wordt gehouden door de gebruikers zelf. Met hun apparatuur, en een bitcoinportemonnee, verifiëren en verwerken zij de bitcointransacties. Bitcoins moeten virtueel ‘gedolven’ worden (mining). Delven gebeurt door het oplossen van complexe wiskundige puzzels. Inmiddels zijn er veel groepen mensen die de gezamenlijke rekenkracht van hun computers inzetten om bitcoins te delven.
Hoewel de kans op succes steeds kleiner wordt, spreken de mogelijke opbrengsten nog altijd tot de verbeelding. Omgerekend naar een uurloon gaat het om ruim honderdduizend euro. (Zie verder bitcoin.org)
beeld: Las Vegas, 22 januari. AFP / ANP