In 1938 bouwde architect Henry van de Velde het museum in opdracht van Helène Kröller-Müller die als voornaamste doel had haar kunst onder te brengen in een omgeving van stilte in de vrije natuur. Alle werken die in het museum worden getoond gaan daardoor automatisch een relatie aan met het landschap van de Hoge Veluwe. In de tentoonstelling Windflower ligt er nog een extra (dikke) laag bovenop: de kunstenaars tonen hun visie op de natuur.

Haiku’s van Yoko Ono staan met plakletters op de glazen wanden van het museum, ze laten je tijdens het lezen ook direct naar buiten, recht de bossen in kijken. Ono’s tekst is de wegwijzer van de tentoonstelling die letterlijk door het gebouw zigzagt. Het boeket van Willem de Rooij met kunst- en verse bloemen is een warm welkom. De ‘echte’ lelies geuren en omgeven de nepbloemen met een gevoel van bestaansrecht. Prachtig werk van Lothar Baumgarten uit 1969 vlak nadat hij anderhalf jaar tussen de Yanomami-indianen in het Amazonegebied had gewoond. Voor Baumgarten was het belangrijk om te laten zien dat hij echt tussen de indianen leefde en niet slechts foto’s maakte van hun inheemse gebruiken. De Termieten Savanne uit 69 is een installatie die inderdaad rechtstreeks geïmporteerd lijk uit het oerwoud. Daarnaast hangen zijn foto’s van felgekleurde piramides van pigment tussen bladeren in het bos alsof de kleuren en het materiaal daar thuishoren. Het werk van de Chinese kunstenaar Cia Guo-Qiang sluit aan op dat van Baumgarten door de omvang en ook door het gebruik van natuurlijke (of natuurlijk ogende) materialen. Het werk Myth: Shooting the Suns is gemaakt van buskruit, inkt, lucifers en pijlen. Het zijn tien zwarte zonnen, sommige omgeven door geel, die door een pijl op het papier worden ‘vastgeprikt’.

In de hal kun je de natuur letterlijk tot je nemen. Er staat een ‘vending machine’ waar Guo-Qiang drankjes verkoopt met de elementen aarde, vuur, water. metaal en hout. Dat is ook het moment dat je de weg van de tentoonstelling even kwijtraakt omdat je weer midden in de gang van het Kröller-Müller staat tussen de bezoekers die naar de kantine zijn getogen na een bezoek aan de beeldentuin of de grote collectie Van Goghs die het museum bezit.

Een tekst van Yoko Ono op een glazen wand iets verder in de hal geeft je de aanwijzing dat de tentoonstelling nog een vervolg heeft. In de laatste zaal liggen en staan compleet ingerichte jachthutten van Mark Dion. Het zijn de jagers die aan de ene kant één zijn met de natuur, maar tevens de macht over de natuur willen veroveren. De hutten zijn privé-domeinen, ingericht naar het karakter van de jager - de jager die van uitgebreide eetpartijen houdt, de jager die in stilte wil lezen en studeren et cetera. Het werk van Dion is helemaal op zijn plaats in het jachtgebied waar veel van dit soort hoogzitten te vinden zijn. De wens om direct naar buiten te gaan, weg van de kunst, het bos in, dringt zich snel op. Maar of dat nou de bedoeling is van een tentoonstelling over de natuur?

Windflower

‘Perceptions of nature’

Kröller-Müller Museum

Nog te zien tot 15 januari

Beeld:

Lothar Baumgarten
There I Like It Better Than In Westphalia, El Dorado, 1968 -1976, Marian Goodman Gallery, New York/Paris.

Cia Guo-Qiang.