We staan dus voor de keuze: een uur langer in bed blijven liggen of gewoon opstaan en dan een uur wachten tot de televisie aan moet.
Lastig om over na te denken. Maar met de omschakeling zelf heb ik eigenlijk nooit problemen. Ook niet als we na de winter weer omschakelen naar de zomertijd. Maar ik las in de rituele krantenstukjes die er jaarlijks twee keer over worden geschreven dat het aantal hartinfarcten bij die overgang naar de zomertijd met een kwart toeneemt. Het veranderen van de klok kan leiden tot een jetlag. En het aantal zelfmoorden schijnt toe te nemen.
Ik denk dat de verwarring het grootst is bij de mensen die het regelmatigst leven. Ik leef onregelmatig. De ene dag ga ik om elf uur naar bed, de andere nacht om twee uur, en als ik geconcentreerd aan het werk ben ga ik graag de hele nacht door. Als je het vaste ritme verstoort en over je vermoeidheid heen stapt, word je taai: traag maar helder en onverzettelijk. Er wordt geen post bezorgd, de telefoon gaat niet en de verleiding om de televisie aan te zetten verdwijnt. Ik geloof ook dat het net als wielrennen of andere sporten verslavend kan zijn.
Somerset Maugham heeft gezegd: ‘Ik werk alleen als de inspiratie zich aandient. Gelukkig is dat iedere ochtend om negen uur precies.’ Dat is benijdenswaardig. Al is het alleen al omdat de ijzeren regelmaat aansluit bij het soort leven dat ons werd opgedrongen toen we jong waren, met ouders die ons op vaste tijdstippen naar bed brachten en scholen die iedere ochtend stipt op tijd begonnen. Maar als voor mij iedere dag hetzelfde in elkaar zou zitten, mis ik iets wat ik cadeau krijg wanneer ik af en toe tegen de klok in ga.
In de nacht dat we de klok een uur terugzetten, keek ik naar de meesterlijke film Holy Motors van Leos Carax. Ik heb indertijd meteen de dvd gekocht, en nu was ik voor de tweede keer onder de indruk van de acteurs, het verhaal, het camerawerk, de muziek. De opzienbarende scène in het begin waarin Denis Lavant een witte stretchlimo instapt, zich tijdens de rit verkleedt, en dan uitstapt als een oude, kromme vrouw met een stok die gaat bedelen. De indrukwekkende scène waarin Kylie Minogue Who Were We zingt op de trappen van het immense, totaal verlaten en leeggehaalde Parijse warenhuis La Samaritaine.
Het krankzinnige, ontroerende slot waarin een stuk of twintig stretchlimo’s een garage worden binnengereden om daar de nacht door te brengen, en die nog even met elkaar staan te fluisteren als het licht uit is. ‘Ik ben doodop. M’n klant moest de hele dag van hot naar her.’ ‘Sommigen willen slapen.’ ‘Binnenkort heb je alle tijd om te slapen.’ ‘We worden oud.’ ‘Oud?’ ‘Stilte!’
Op de dvd staat ook een documentaire over de makers van de film. Daarin zegt cameravrouw Caroline Champetier iets wat me aanspreekt: ‘We hebben drie weken ’s nachts gedraaid. Daardoor waren we zo volkomen los van ons gewone ritme, van het ritme van het dagelijks leven, dat we ons een soort duikers voelden die iets bijzonders meemaakten. En het was dan ook heel bijzonder. De nacht dat we in La Samaritaine filmden, zal niemand vergeten.’
In Bad Kissingen, een Beierse verzameling van ziekenhuizen, kuuroorden en ontwenningsklinieken, wordt een groot chronobiologisch onderzoek gedaan. Eerst wordt van alle inwoners het natuurlijke slaappatroon vastgesteld, en vervolgens wordt het leven in de stad daarop aangepast. Het zal onder meer betekenen dat de scholen een stuk later gaan beginnen dan nu. Op de kantoren wordt het ingewikkelder de tijdsindeling geschikt te maken voor alle individuele verschillen. Maar als de samenleving uiteindelijk helemaal is aangepast, kan iedereen zijn tijd indelen naar eigen biologische behoefte. In deze zichzelf noemende ChronoCity wordt de zomertijd afgeschaft.
Een mooie utopie. Maar ik denk dat er dan wel iets gaat ontbreken. Want het succes van het nachtelijk werken ontstaat volgens mij doordat je je tijdelijk onttrekt aan de gewone regelmaat. Dat kan alleen als de grote regelmaat van de wereld gewoon blijft bestaan. Je kunt pas swingen als er diep in je en overal om je heen een metronoom de saaie maat blijft slaan.