De voorstelling Oase door Theater Adhoc ook. Ik rolde bij wijze van spreken van het ene evenement in het andere. Als kind van de duinen was dat dik genieten.

De stand-upfysicus Jan van den Berg, ooit oprichter van Theater Adhoc en docent van dienst, komt op met de twinkelende blik die gretigheid verraadt. Hij draagt een lichte broek, dito vest, wit hemd, donker colbert, fleurige schoenen, geleerde maar frivole bril – zo’n professor waar je wel een poosje bij in de buurt wilt wonen. Van den Berg steekt van wal met een verhaal over zand dat meteen in de eerste twintig minuten al vol zit met razend boeiende feiten over ‘het leven van de zandkorrel’. Ik ben tot in de landengtes van mijn leven uit volle overtuiging een schoolgaand kind gebleven, dus als ik de aanwezigheid van een goeie schoolmeester alleen al vermoed, ben ik verkocht. En Jan van den Berg is een goeie schoolmeester. Dat merk je alleen al aan zijn oogopslag, die als een camera het publiek aftast, ieder signaal van zowel genot als aandachtsverlies feilloos registrerend.

Bovendien is hij een performer. De huidige mode van ‘theatercolleges’ (dat zijn colleges, maar dan in een theater gebracht) door allerhande beroemde types die hun beroemdheid danken aan de treurbuis, daar geloof ik niet zo in. Naast ijdeltuiterij en andere vormen van egocentrisme slepen die lui vooral hun televisieberoemdheid met zich mee die podia op, en dat zit kennisoverdracht in de weg. Jan van den Berg is niet beroemd. Hij is wel erg goed als stand-upwetenschapper. Hij kent zijn zaken, hij heeft die dramaturgisch geordend, hij is een volleerd verteller, en die kunst scharniert bij hem op plezier. Bovendien heeft hij een goeie regisseur, Dirk Groeneveld.

Van den Berg pakt ons bij de hand voor een reis. Naar de horizontale, de stille, en de alle kanten op stuivende (gemoeds)bewegingen van de zandkorrel. We belanden met hem in woeste zandvlakten, eerst in de kunstmatig opgekweekte variant waar proeven worden gedaan, daarna in de echte, de Sahara. Waar we met hem zoeken naar verzonken legers en een verdwenen oase. Om uiteindelijk mee te turen door de kijkers van een mij volkomen onbekende wetenschapper, Ralph A. Bagnold (1896-1990), over wie je – en dat is een gouden bijvangst – na het college van professor Van den Berg meteen alles wilt weten.

We kijken uiteindelijk met hem mee door de glazen van een lens, die is gemaakt uit… zand. De ontroerende vondst van deze avond is de woestijnwandeling van zanger Najib Cherradi-Hasseni. Wanneer hij de mond opent voor zijn wonderschone nomadische, epische hymnen, dan zie je bij wijze van spreken de wandelende zandduinen en de betoverende zonsondergangen, met een weemoed zonder weerga. Als college is Oase toptoneel, zonder collegedreunen en ook zonder DWDD-folklore. En met een hoog roetsj-duingehalte.

Oase is binnenkort te zien in Eindhoven, Tilburg, Deventer, Enschede, Haarlem, Rotterdam en Arnhem; theateradhoc.nl


Beeld: (DIGIDAAN / THEATER ADHOC)