Democratische presidentskandidaten Joe Biden en Bernie Sanders begroeten elkaar vlak voor hun debat op 15 maart 2020. © MANDEL NGAN / AFP

Het was een vreemd debat, afgelopen zondag, tussen de twee overgebleven kanshebbers bij de Democratische voorverkiezingen. Vreemd omdat er geen publiek in de studio zat, vanwege het coronavirus. Bijna net zo leeg als de zaal was het podium. Twee weken geleden was de race om het presidentskandidaatschap nog een mêlee van zeer verschillende kandidaten. Nu waren er twee mannen van achter in de zeventig over. Nog opmerkelijker: de verschillen tussen Joe Biden en Bernie Sanders worden kleiner, in plaats van groter.

Het begon ermee dat Biden vlak voor het debat aankondigde twee van de meest kenmerkende plannen van zijn concurrenten over te nemen. ‘In het hele land drukken schulden op families uit de middenklasse en arbeidersklasse’, twitterde Biden. ‘Dat is een enorm probleem, en we hebben de beste ideeën nodig om dat op te lossen.’ Uit de hoed kwam het voorstel om hoger onderwijs gratis te maken voor iedereen wiens ouders minder dan 125.000 dollar verdienen. Niet precies waar Bernie Sanders en Elizabeth Warren voor pleitten, maar een aardig eind in de richting.

Nog opmerkelijker was Bidens omarming van Warrens ‘bankroetwet’, die de mogelijkheid biedt om studieschuld te laten kwijtschelden bij een faillissement en schuldvergeving over de gehele linie makkelijker maakt. Hoewel die term natuurlijk eigenlijk aan het Sanders-kamp toebehoort, was dit niet minder dan revolutionair. Biden en Warren hebben jarenlang strijd gevoerd over de faillissementswetten in de VS, waarbij de oud vicepresident de kant koos van creditcardmaatschappijen die graag zien dat mensen tot in lengte der dagen vastzitten aan hun schuldverplichtingen. Tijdens debatten van de voorverkiezingen duurde dit conflict voort. Plotseling gaf Biden het gelijk aan Warren.

Is dit een voorbode voor meer? Blijkbaar laat Biden zich naar links duwen naarmate zijn kans om presidentskandidaat te worden groeit. Ongetwijfeld speelt hier een dosis pragmatisme. Het Democratisch electoraat vraagt om progressieve plannen, en dat negeren zou zijn kansen om daadwerkelijk president te worden kleiner maken. Het is goed mogelijk dat Biden, mocht hij president worden, ook op zoek gaat naar een goede invulling van de green new deal zoals bedacht door anderen. Biden heeft eigenlijk weinig eigen ambities met het presidentiële ambt. Hij wil Trump verslaan. Ongetwijfeld wil hij ook zijn eerdere mislukte pogingen om president te worden uitwissen.

Alle ruimte dus voor de mensen met wie hij zich wil omringen om hun agenda uit voeren. Het is niet uitgesloten dat hij Warren vraagt haar eigen plannen in de praktijk te brengen, misschien zelfs als vicepresident. Het is in ieder geval zeker dat Biden voor een vrouw kiest. Die toezegging deed hij tijdens het debat. Sanders hield het op een ‘waarschijnlijk’ toen hem gevraagd of hij een vrouw aan zijn zijde zou vragen. Dat het Biden was die zich hier committeerde aan progressieve verandering, terwijl Sanders de mogelijkheid wil openhouden om twee mannen tegenover het duo Trump-Pence te zetten, onderstreept hoe makkelijk rollen wisselen in de Amerikaanse politiek. Dat geldt ook voor de rol van vergeetachtige oude man. Het was Sanders die een betoog afstak over ebola, om er na een paar zinnen achter te komen dat hij corona bedoelde.

De debatleiders moest het twee keer vragen: ‘Zegt u nu, hier op tv, dat u een vrouwelijke running mate zal kiezen?’ Toen Biden volmondig ja zei, werd mij duidelijk dat hij een slimme strategie had gevonden om zijn voorsprong op Sanders te verstevigen. Hij kwam over als vooruitstrevend en als een potentiële president met een plan. Sanders’ aarzeling kon je interpreteren als een signaal dat hij nog niet dacht aan de inrichting van zijn Witte Huis. Een gewiekste politicus had ter plekke geïmproviseerd en volmondig ‘ja, natuurlijk’ gezegd, al was het maar om zijn opponent niet te laten pronken met andermans veren. Wat was het ergste dat had kunnen gebeuren? Dat Sanders, mocht Biden om onverwachte redenen geen presidentskandidaat worden, een vrouw moet kiezen?

‘Het debat laat zien dat Bernie geen echte revolutionair is’, zei een bevriende Sanders-stemmer tegen me de volgende dag. ‘Hij is niet genadeloos, hij ging niet voor de kill.’ Er klonk lichte teleurstelling door in zijn stem. Inderdaad was het debat tam. Misschien kwam het door de coronacrisis. Een gemeenschappelijke biologische vijand, en een incompetente bestrijder in het Witte Huis, maakt keiharde onderlinge strijd tussen twee mannen die voor dezelfde partij willen uitkomen wat ongepast. Er wordt volop gespeculeerd over de vraag of de coronacrisis Trump zal nekken. In ieder geval leek het Sanders’ politieke vuur enigszins te doven.

Tegelijkertijd werd tijdens het debat duidelijk waar de grenzen liggen van een progressieve Biden. Gratis gezondheidszorg voor iedereen gaat er op zijn voorspraak niet komen. Volgens Sanders toonde corona de noodzaak van ‘medicare for all’ aan. Biden vond van niet. Hij wilde een pakket crisismaatregelen waarbij iedereen met een besmetting gratis wordt behandeld. Dat, plus financiële soelaas voor wie in een door het virus ontregelde economie zijn inkomsten kwijtraakt, was volgens hem voldoende. Ook dat was een bewijs dat corona de zuurstof uit het politieke debat zuigt. De grote verschillen in de mate waarin Amerikanen zijn beschermd tegen het noodlot gaan veel verder dan deze ene uitbraak. Maar op het moment dat het crisis is, is het de crisis die het debat bepaalt. ‘Geen revolutie maar resultaten’, was de oneliner die Biden had ingestudeerd.

Misschien lees ik er teveel in, maar even leek het alsof Sanders voor zichzelf besloot dat hij genoegen nam met wat hij kon krijgen. ‘Joe mag dan meer Staten gewonnen hebben, wij winnen de ideologische strijd’, zei hij. Ziedaar het vredesbestand dat in korte tijd uit de Democratische voorverkiezingen is komen rollen. Of het robuust is moet blijken uit het aantal Sanders-kiezers dat, mocht ‘Joe’ het inderdaad worden, op 3 november Democratisch stemt.