Johannesburg – Julius Malema is herhaaldelijk met Adolf Hitler vergeleken. Zijn met rode baretten getooide aanhangers van de Economic Freedom Fighters (EFF) roepen bij Zuid-Afrikanen met historisch besef associaties op met de Weimar-bruinhemden.

Zeker toen het eff eind vorige maand de straten van Johannesburg onveilig maakte omdat het hun provinciale parlementariërs verboden werd om in hun van het partijlogo voorziene uitmonstering van rode overalls en schorten (een ‘ode’ aan de arbeiders en schoonmaaksters) in het parlementsgebouw te verschijnen.

De demonstratie ging op zijn EFF’s: vernielingen, lak aan de afgesproken route en daarna een bestorming van het parlementsgebouw, waar de rode massa zich te goed deed aan de lunch die gereed stond voor de volksvertegenwoordigers. Veel eten belandde op de vloer. Gevraagd naar de reden van die verspilling zei een EFF-lid: ‘We hebben geen spijt, het is werkverschaffing. Mijn werkloze tante moet nu morgen de boel komen schoonmaken en krijgt daar dan voor betaald.’

ANC-secretaris-generaal Gwede Mantashe noemde Malema in een toespraak een ‘Hitler in wording’ en wees erop dat hij zich van dezelfde tactieken bedient: geüniformeerde oproerkraaiers gecombineerd met een populistische bevrijdingsretoriek. Staatssecretaris Buti Manamela hield een historische uiteenzetting waarin de vergelijking met nazi-Duitsland en het ronselen in bierhallen centraal stond.

Gezien de gigantische jeugdwerkloosheid en het enorme kansarme proletariaat is de angst voor een bruinrood gevaar niet ongegrond. Dagelijks vinden er gewelddadige protesten plaats tegen het uitblijven van diensten. Onderwijl ligt president Jacob Zuma constant onder vuur, onder meer vanwege de verbouwing van zijn ambtswoning in Nkandla, die bijna tien keer zo veel kostte als aanvankelijk was beraamd.

Er kwam een onderzoek waarna de public protector hem sommeerde om een deel van de kosten uit eigen zak te betalen. Zuma viel terug op zijn talenten als politieke Houdini. Dat ging goed tot hij vorige week in het parlement uitleg moest komen geven. De kersverse parlementariërs van het EFF (dat in mei voor het eerst meedeed met de verkiezingen en zes procent van de stemmen won) pikten het niet. Ze scandeerden ‘Where is the money!’ en maakten iedereen het spreken onmogelijk. Zuma verdween. De zitting werd geschorst. Het land keek verbijsterd toe hoe die tot voor kort zo lamme volksvertegenwoordiging vol ja-knikkers in één klap in een Weimar-bierhal was veranderd.